Post on 30-Mar-2016
description
GE
TSALT.C
OM
SALT
MA
GA
ZIN
E 8
E JAA
RG
AN
G N
R. 6
D
EC
. JAN
. 2013
- 2014
KEEN REVEL IIFind yourself going out because you want to, not because
you have to. All thanks to the warmth of our most technical
winter boot—featuring KEEN’s Heat Trapolator system.
SIZE ‘EM UP AT KEENFOOTWEAR.COM OR YOUR LOCAL RETAILER
KEEN REVEL II
Keen_Adv_Salt Mag_Revel_Engels_225x285_V2.indd 1 26-11-13 16:44
PEOPLE P� NET PASSION P� Y 8E JAARGANG #6 | DEC. JAN. 2013/14 | GETSALT.COM
BORN AGAIN
PR
IJS ¤
4,50
BERGMAGIE hemelen in Yurt Hotel VOLLEMAANSTOCHT nachtelijk treinavontuur in Zwitserland RECEPT quinoasalade als energy boost SNURFER oer-snowboard is terug! REIZEN over één nacht ijs op Antarctica 2e LEVEN 8 plekken in de herkansing SURFEN EN SKATEN redding straatkinderen HOMEGROUND kandelaars van beton
Zestig meter boven de grond weet ik het zeker: dit ga ik niet overleven.”
Karina Hollekim, de vrouw
die uit de hemel viel
“
omslag # 6 2013.indd 1 11-12-13 14:15
6 SALT dec. jAn. 2013 - 2014
in ieder 3 van de hoofdredactie
4 redactie & Colofon
8 Ongezouten reacties van lezers
94 inspiratie
97 Neem of geef salt magazine
#
columns71 roxane Catz93 ilja gort96 Floortje Dessing
Toen Karina Hollekim zeven jaar geleden als een
vleugellamme engel uit de hemel viel bungelde
haar leven een tijd lang aan een zijden draadje.
Talloze operaties en heel wat bloed, zweet en
tranen verder staat één van ’s werelds beste
skydivers en skiërs inmiddels weer met beide
benen in de sneeuw. Je leest haar inspirerende
verhaal op pagina
rubrieken13 like dit vinden wij leuk!
17 Oud vs Nieuw sneeuwbril
20 De 10 van Nico Kruis
29 Natuurpraat inspiratie uit de natuur
36 Natuurtalent de kwal
45 Wanderlust leuke lekken ‘to go’
73 soulkitchen liefde voor lijf en ziel
78 the list 8 plekken in de herkansing
87 Kunststof onze oogsnoepjes
98 Check uit March of the Penguins 84 ode aan wol
Alive & kicking56
oer-snowboardterug op de piste
90 Beestenbende gemaakt van afval
75 Surfen en skatenredden kinderlevens
64 reisreportageAntarctica
winterschilderszorgen voor kleur31
46 nachtje tukken in Zwitserland
73 yoga voor runners
32 come back kids
SALT dec. jAn. 2013 - 2014 7
54 historische bad ass: Shackleton
InHOUdOp de cover
36
18
6 SALT dec. jAn. 2013 - 2014
in ieder 3 van de hoofdredactie
4 redactie & Colofon
8 Ongezouten reacties van lezers
94 inspiratie
97 Neem of geef salt magazine
#
columns71 roxane Catz93 ilja gort96 Floortje Dessing
Toen Karina Hollekim zeven jaar geleden als een
vleugellamme engel uit de hemel viel bungelde
haar leven een tijd lang aan een zijden draadje.
Talloze operaties en heel wat bloed, zweet en
tranen verder staat één van ’s werelds beste
skydivers en skiërs inmiddels weer met beide
benen in de sneeuw. Je leest haar inspirerende
verhaal op pagina
rubrieken13 like dit vinden wij leuk!
17 Oud vs Nieuw sneeuwbril
20 De 10 van Nico Kruis
29 Natuurpraat inspiratie uit de natuur
36 Natuurtalent de kwal
45 Wanderlust leuke lekken ‘to go’
73 soulkitchen liefde voor lijf en ziel
78 the list 8 plekken in de herkansing
87 Kunststof onze oogsnoepjes
98 Check uit March of the Penguins 84 ode aan wol
Alive & kicking56
oer-snowboardterug op de piste
90 Beestenbende gemaakt van afval
75 Surfen en skatenredden kinderlevens
64 reisreportageAntarctica
winterschilderszorgen voor kleur31
46 nachtje tukken in Zwitserland
73 yoga voor runners
32 come back kids
SALT dec. jAn. 2013 - 2014 7
54 historische bad ass: Shackleton
InHOUdOp de cover
36
18
10 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 11cHecK In cHecK In
IJSgALeriJ
DIY
Ook dichterbij huis zetten ijsgalerijen iedere winter hun deuren wagenwijd
voor je open. Zo ligt in het Tennengebergte, in het Oostenrijkse Salzburg
de grootste (42 km lang) ijsgrot ter wereld: Eisriesenwelt (eisriesenwelt.at).
Andere grotten waar je je in een ijsbol waant, vind je in: het Franse La Meije
(la-grave.com), de ijsgrot van het Duitse Schellenberg (eishoehle.net) en het
Gletscher Palast bovenop de Zwitserse Matterhorn (zermatt.ch). Zelf een
keer een gletsjertocht maken? De NKBV organiseert regelmatig begeleide
tochten over de mooiste ijstongen van Europa. Meer info: bergsportreizen.nl
Zelfs de grootste kunstenaars van deze aarde zullen toch af en toe
diep moeten buigen voor de fijnkunst van Moeder Natuur. Tot in
detail is deze ijsgalerij, die onder de Perito Morenogletsjer in Patago-
nië loopt, geslepen en ingekleurd. Het voorwerk van dit kunstwerk
wordt gedaan door natuurlijke dammen van ijs en steen die kleine
meren op de golvende gletsjer vormen. Vervolgens zorgt de water-
druk ervoor dat het ijs, als door een ware Messias, splijt en komt er
een proces op gang waarin het water zich heel langzaam een weg
door het ijs boort. Zodra deze klus is geklaard, staat de Argentijnse
ijsklimmer Leonardo ‘Cuny’ Proverbio vooraan in de rij met zijn
‘museumpas’ te wapperen om snel naar binnen te mogen gaan.
Hij weet immers dat de tentoonstelling maar van tijdelijke aard is.
Zodra het smeltwater opkomt, vult de tunnel zich met water en
wordt alles weer uitgeveegd. Maar Moeders kan de deuren met een
gerust hart sluiten, ze weet dat ze op een later tijdstip weer terug-
komt om het proces weer van voor af aan op te starten. En dat zal ze
voorlopig ook blijven doen, want dit atelier zal, in tegenstelling tot
een hoop andere gletsjers, nog wel even blijven bestaan. De Perito
Morenogletsjer is namelijk een van de weinige gletsjers ter wereld
die niet krimpt. Het ‘bruine hondje’ (zoals de gletsjer in het Spaans
letterlijk heet) trekt om de zoveel jaar wel een nieuw jasje aan.
Per dag schuift de enorme ijsmassa namelijk een tot twee meter
verder, zo’n 700 meter per jaar dus.
Juan
Cru
z R
abag
lia
– R
ed B
ull
Illu
me
10 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 11cHecK In cHecK In
IJSgALeriJ
DIY
Ook dichterbij huis zetten ijsgalerijen iedere winter hun deuren wagenwijd
voor je open. Zo ligt in het Tennengebergte, in het Oostenrijkse Salzburg
de grootste (42 km lang) ijsgrot ter wereld: Eisriesenwelt (eisriesenwelt.at).
Andere grotten waar je je in een ijsbol waant, vind je in: het Franse La Meije
(la-grave.com), de ijsgrot van het Duitse Schellenberg (eishoehle.net) en het
Gletscher Palast bovenop de Zwitserse Matterhorn (zermatt.ch). Zelf een
keer een gletsjertocht maken? De NKBV organiseert regelmatig begeleide
tochten over de mooiste ijstongen van Europa. Meer info: bergsportreizen.nl
Zelfs de grootste kunstenaars van deze aarde zullen toch af en toe
diep moeten buigen voor de fijnkunst van Moeder Natuur. Tot in
detail is deze ijsgalerij, die onder de Perito Morenogletsjer in Patago-
nië loopt, geslepen en ingekleurd. Het voorwerk van dit kunstwerk
wordt gedaan door natuurlijke dammen van ijs en steen die kleine
meren op de golvende gletsjer vormen. Vervolgens zorgt de water-
druk ervoor dat het ijs, als door een ware Messias, splijt en komt er
een proces op gang waarin het water zich heel langzaam een weg
door het ijs boort. Zodra deze klus is geklaard, staat de Argentijnse
ijsklimmer Leonardo ‘Cuny’ Proverbio vooraan in de rij met zijn
‘museumpas’ te wapperen om snel naar binnen te mogen gaan.
Hij weet immers dat de tentoonstelling maar van tijdelijke aard is.
Zodra het smeltwater opkomt, vult de tunnel zich met water en
wordt alles weer uitgeveegd. Maar Moeders kan de deuren met een
gerust hart sluiten, ze weet dat ze op een later tijdstip weer terug-
komt om het proces weer van voor af aan op te starten. En dat zal ze
voorlopig ook blijven doen, want dit atelier zal, in tegenstelling tot
een hoop andere gletsjers, nog wel even blijven bestaan. De Perito
Morenogletsjer is namelijk een van de weinige gletsjers ter wereld
die niet krimpt. Het ‘bruine hondje’ (zoals de gletsjer in het Spaans
letterlijk heet) trekt om de zoveel jaar wel een nieuw jasje aan.
Per dag schuift de enorme ijsmassa namelijk een tot twee meter
verder, zo’n 700 meter per jaar dus.
Juan
Cru
z R
abag
lia
– R
ed B
ull
Illu
me
22 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 23SmAAKmAKeR SmAAKmAKeR
People try to put us d-down. Just because we get around.
Things they do look awful c-c-cold. I hope I die before I get old.’
Ondanks dat de Amerikaanse Jaydin (10), de Zuid-Afrikaanse
Xolani (19) en de Afghaanse Faranaz (13) waarschijnlijk nog
nooit My Generation van The Who hebben gehoord, zou het de sound-
track van hun leven kunnen zijn. Bittere armoede, zwerven op straat,
drugsverslaving; als kansarme kinderen betalen ze een dure rekening
voor hun leven. Tot nu toe, want met surfen en skateboarden keert
het tij.
Zo zorgen skateparken ervoor dat jonge Native Americans in het Pine
Ridge Indian Reservation zelfmoord niet meer als enige uitvlucht zien,
verruilen steeds meer Zuid-Afrikaanse straatkinderen het woelige
straatleven voor onstuimige golven en groeit dankzij skateboarden
een generatie Afghaanse tieners op die kan lezen en schrijven. Aan de
wieg van deze revival staan grassroots organisaties die hun stinkende
best doen om kinderen en tieners hoop op een betere toekomst te
geven. ‘Talkin’ about my generation.’
‘One person can make a difference, and everyone should try’, verwoordde de Amerikaanse president John F. Kennedy ooit al op treffende wijze. Dat zijn uitspraak nog steeds beklijft, blijkt wel uit het werk van Strong-hold Society, Surfers Not Street Children en Skateistan. Drie kleinschalige organisaties die zonder ontwikkelings-geld maar met met eigen bloed, zweet en tranen het verschil maken voor kansarme kinderen in Amerika, Zuid-Afrika en Afghanistan. Salt sprak de drijvende krachten die Kennedy’s woorden omzetten in daden.
Tekst Ard Krikke, Andreas trortzis (stronghold society)
surfen als verslavingSihle Mbutho (20), Andile Zulu (20) en Xolani
Mdunge (19) hebben het goed voor elkaar. De
Zuid-Afrikaanse surfers winnen wedstrijden,
spelen de hoofdrol in een documentaire over
hun leven en worden ook nog eens gespon-
sord door (inter)nationale surfmerken. Schijn
bedriegt. Slechts een paar jaar geleden
zwierf het drietal nog door de straten van
Durban. De miljoenenstad, die bekend staat
als surfmekka, heeft ook een donkere kant.
Honderden straatkinderen voeren dag en
nacht een bikkelharde strijd om het bestaan.
Bedelen, criminaliteit, vecht- en moordpar-
tijen, prostitutie; hun toekomst ziet er verre
van rooskleurig uit. Veel kids snuiven lijm
om even alle pijn, honger en gevaren van het
straatleven te vergeten.
Gelukkig duikt er sinds een paar jaar een
nieuwe drug in het grimmige straatbeeld op:
surfen. ‘Gelukkig’ omdat dit middel tieners
niet verdooft, maar juist wakker schudt.
Het stimuleert ze om zilte zeelucht in plaats
van lijm te snuiven. Tom Hewitt is de man
die deze reddingsboei toewierp. Jarenlang
zwierf de Engelse surfer over de wereld en
hielp hij straatkinderen. Totdat hij verliefd
werd op Zuid-Afrika. Hewitt streek neer in
Durban en richtte in 1998 het Durban Street
Team (later omgedoopt tot Umthombo) op
met als doel kinderen door middel van sport,
creativiteit en psychologische hulp uit de
goot te halen. “Een van activiteiten waar
kinderen het meest positief op reageerden,
was surfen” lacht Hewitt. “Straatkinderen
die gewend zijn aan kicks, moet je een span-
nend alternatief als surfen bieden.” Toen
bleek dat het surfprogramma uit zijn jasje
groeide, startte Tom in 2005 met Surfers Not
Street Children.
geen straatkinderen maar surfers“In het water voel ik me zo vrij als een kind.
Dit bracht me op een idee. Zou ik een posi-
tieve draai aan het leven van straatkinderen
kunnen geven door ze te leren surfen?” Uit
het enorme succes van Surfers Not Street
Children blijkt dat Toms idee zo gek nog niet
was. De afgelopen jaren heeft het straatpro-
ject ervoor gezorgd dat tientallen kinderen
niet ten onder zijn gegaan aan het woelige
straatleven. Hewitt: “Surfen laat straat-
kinderen niet alleen lachen en alle ellende
om zich heen vergeten, het geeft ze ook
hun eigenwaarde en zelfvertrouwen terug.
Minstens zo belangrijk is dat de rest van de
maatschappij geen medelijden heeft, maar
respect voor ze krijgt.” Dat surfen voor deze
kinderen veel meer is dan een coole lifestyle
blijkt wel uit het verhaal van Lucky Nozisale.
In de documentaire Kushaya Igagasi, vrij
vertaald ‘de golven induiken’, vertelt hij hoe
moeilijk het is om de verleiding te weerstaan
zijn oude leventje weer op te pakken. Maar
dankzij het surfen verdient Nozisale inmid-
dels zijn brood als life guard. Andere voorma-
lige straatkinderen houden hun hoofd boven
water door bijvoorbeeld surflessen te geven
of een surfshop te runnen.
golf van veranderingHewitt is druk bezig om ook in andere delen
van Afrika soortgelijke straatprojecten als
Surfers Not Street Children op te zetten.
“Veel Afrikaanse steden zijn gezegend met
perfecte golven. Als het in Durban werkt,
moet het ook op andere plekken kunnen
lukken. Het surfteam van Surfers Not Street
Children speelt hierin een belangrijke rol:
vier kinderen die op straat zijn opgegroeid
fungeren nu als surfende rolmodellen. Door
surflessen te geven en hun levensverhaal te
vertellen, vormen ze een inspiratiebron voor
andere lokale straatkinderen. Hopelijk komt
hiermee een golf van verandering op gang.”
Drijvende kracht Tom Hewitt
life saver voor straatkinderen in Durban
Dankzij surfen
Dit is hun soundtrack Where the streets have no name (U2)
Meer weten tomhewitt.org
AgAin!born
SURFERS NOT STREET-CHILDREN (ZA)
“Surfen stimuleert straatkinderen om zilte zeelucht in plaats van lijm te snuiven.”
alex
call
iste
r.co
m
22 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 23SmAAKmAKeR SmAAKmAKeR
People try to put us d-down. Just because we get around.
Things they do look awful c-c-cold. I hope I die before I get old.’
Ondanks dat de Amerikaanse Jaydin (10), de Zuid-Afrikaanse
Xolani (19) en de Afghaanse Faranaz (13) waarschijnlijk nog
nooit My Generation van The Who hebben gehoord, zou het de sound-
track van hun leven kunnen zijn. Bittere armoede, zwerven op straat,
drugsverslaving; als kansarme kinderen betalen ze een dure rekening
voor hun leven. Tot nu toe, want met surfen en skateboarden keert
het tij.
Zo zorgen skateparken ervoor dat jonge Native Americans in het Pine
Ridge Indian Reservation zelfmoord niet meer als enige uitvlucht zien,
verruilen steeds meer Zuid-Afrikaanse straatkinderen het woelige
straatleven voor onstuimige golven en groeit dankzij skateboarden
een generatie Afghaanse tieners op die kan lezen en schrijven. Aan de
wieg van deze revival staan grassroots organisaties die hun stinkende
best doen om kinderen en tieners hoop op een betere toekomst te
geven. ‘Talkin’ about my generation.’
‘One person can make a difference, and everyone should try’, verwoordde de Amerikaanse president John F. Kennedy ooit al op treffende wijze. Dat zijn uitspraak nog steeds beklijft, blijkt wel uit het werk van Strong-hold Society, Surfers Not Street Children en Skateistan. Drie kleinschalige organisaties die zonder ontwikkelings-geld maar met met eigen bloed, zweet en tranen het verschil maken voor kansarme kinderen in Amerika, Zuid-Afrika en Afghanistan. Salt sprak de drijvende krachten die Kennedy’s woorden omzetten in daden.
Tekst Ard Krikke, Andreas trortzis (stronghold society)
surfen als verslavingSihle Mbutho (20), Andile Zulu (20) en Xolani
Mdunge (19) hebben het goed voor elkaar. De
Zuid-Afrikaanse surfers winnen wedstrijden,
spelen de hoofdrol in een documentaire over
hun leven en worden ook nog eens gespon-
sord door (inter)nationale surfmerken. Schijn
bedriegt. Slechts een paar jaar geleden
zwierf het drietal nog door de straten van
Durban. De miljoenenstad, die bekend staat
als surfmekka, heeft ook een donkere kant.
Honderden straatkinderen voeren dag en
nacht een bikkelharde strijd om het bestaan.
Bedelen, criminaliteit, vecht- en moordpar-
tijen, prostitutie; hun toekomst ziet er verre
van rooskleurig uit. Veel kids snuiven lijm
om even alle pijn, honger en gevaren van het
straatleven te vergeten.
Gelukkig duikt er sinds een paar jaar een
nieuwe drug in het grimmige straatbeeld op:
surfen. ‘Gelukkig’ omdat dit middel tieners
niet verdooft, maar juist wakker schudt.
Het stimuleert ze om zilte zeelucht in plaats
van lijm te snuiven. Tom Hewitt is de man
die deze reddingsboei toewierp. Jarenlang
zwierf de Engelse surfer over de wereld en
hielp hij straatkinderen. Totdat hij verliefd
werd op Zuid-Afrika. Hewitt streek neer in
Durban en richtte in 1998 het Durban Street
Team (later omgedoopt tot Umthombo) op
met als doel kinderen door middel van sport,
creativiteit en psychologische hulp uit de
goot te halen. “Een van activiteiten waar
kinderen het meest positief op reageerden,
was surfen” lacht Hewitt. “Straatkinderen
die gewend zijn aan kicks, moet je een span-
nend alternatief als surfen bieden.” Toen
bleek dat het surfprogramma uit zijn jasje
groeide, startte Tom in 2005 met Surfers Not
Street Children.
geen straatkinderen maar surfers“In het water voel ik me zo vrij als een kind.
Dit bracht me op een idee. Zou ik een posi-
tieve draai aan het leven van straatkinderen
kunnen geven door ze te leren surfen?” Uit
het enorme succes van Surfers Not Street
Children blijkt dat Toms idee zo gek nog niet
was. De afgelopen jaren heeft het straatpro-
ject ervoor gezorgd dat tientallen kinderen
niet ten onder zijn gegaan aan het woelige
straatleven. Hewitt: “Surfen laat straat-
kinderen niet alleen lachen en alle ellende
om zich heen vergeten, het geeft ze ook
hun eigenwaarde en zelfvertrouwen terug.
Minstens zo belangrijk is dat de rest van de
maatschappij geen medelijden heeft, maar
respect voor ze krijgt.” Dat surfen voor deze
kinderen veel meer is dan een coole lifestyle
blijkt wel uit het verhaal van Lucky Nozisale.
In de documentaire Kushaya Igagasi, vrij
vertaald ‘de golven induiken’, vertelt hij hoe
moeilijk het is om de verleiding te weerstaan
zijn oude leventje weer op te pakken. Maar
dankzij het surfen verdient Nozisale inmid-
dels zijn brood als life guard. Andere voorma-
lige straatkinderen houden hun hoofd boven
water door bijvoorbeeld surflessen te geven
of een surfshop te runnen.
golf van veranderingHewitt is druk bezig om ook in andere delen
van Afrika soortgelijke straatprojecten als
Surfers Not Street Children op te zetten.
“Veel Afrikaanse steden zijn gezegend met
perfecte golven. Als het in Durban werkt,
moet het ook op andere plekken kunnen
lukken. Het surfteam van Surfers Not Street
Children speelt hierin een belangrijke rol:
vier kinderen die op straat zijn opgegroeid
fungeren nu als surfende rolmodellen. Door
surflessen te geven en hun levensverhaal te
vertellen, vormen ze een inspiratiebron voor
andere lokale straatkinderen. Hopelijk komt
hiermee een golf van verandering op gang.”
Drijvende kracht Tom Hewitt
life saver voor straatkinderen in Durban
Dankzij surfen
Dit is hun soundtrack Where the streets have no name (U2)
Meer weten tomhewitt.org
AgAin!born
SURFERS NOT STREET-CHILDREN (ZA)
“Surfen stimuleert straatkinderen om zilte zeelucht in plaats van lijm te snuiven.”
alex
call
iste
r.co
m
34 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 35nATUURTALenTnATUURTALenT
benjAMin buttOn KwAl Van de Bijbel tot Star Trek en van de Griekse mythologie tot Harry Potter: sinds mensen-heugenis filosoferen we al over het eeuwige leven. Één diersoort lijkt ondertussen de sleutel gevonden te hebben: Turritopsis nutricula. Lang leve de onsterfelijke kwal!
Tekst Matthijs Meeuwsen
Het eeuwige leven van de
gemakkelijk te ont cijferen is en we het kunnen toepassen op een
eeuwig leven voor mensen.”
Je staat al te springen op de bank met Who wants to live forever van
Queen uit de stereo? Ga nog even rustig zitten. Na publicatie van het
artikel ontstond er onder wetenschappers namelijk een kleine storm
van tegengeluid omdat de Turritopsis nutricula helemaal niet zo on-
sterfelijk zou zijn als de New York Times deed voorkomen. Tenminste,
het hangt er helemaal van af hoe je onsterfelijkheid definieert. Ja, de
medusa slaagt er wel degelijk in om de tijd terug te draaien tot zijn
jeugd als poliep. Maar de kwal die daar later weer uit ontstaat zou
helemaal geen voortzetting zijn van medusa 1.0, maar gewoon een
nieuw organisme. Om bij de vergelijking met ons pluimvee te blijven:
de kip wordt een ei, het ei wordt weer een kip, maar beide kippen zijn
gewoon verschillende beesten. Geen onsterfelijkheid dus, slechts een
nogal absurde manier van voortplanting. Al is dat ook een talent.
Nieuw is hij niet. De Turritopsis nutricula werd in de negen-
tiende eeuw al beschreven in de biologieboeken, maar lange
tijd bleef men in het ongewisse over zijn knettergekke tover-
truc. Tot 1988, toen een Duitse student mariene biologie per
toeval een exemplaar in zijn net ving tijdens het snorkelen bij het
Italiaanse Portofino. Eenmaal in het lab toonde het diertje – in de
Middellandse zee ook wel Turritopsis dohrnii genoemd – pas zijn
bizarre eigenschap: hij weigerde simpelweg dood te gaan. Sterker
nog, naarmate de dagen vorderden leek het kwalletje, nauwelijks
vierenhalve millimeter in doorsnede, er alleen maar jonger op te
worden. Dit was Benjamin Button in een petrischaaltje!
in zijn achteruitOm de knappe kunstjes van deze baas iets beter te kunnen begrij-
pen is het noodzakelijk om eerst wat te snappen over de complexe
levenscyclus van kwallen in het algemeen. In het eerste deel van zijn
leven heeft een kwal de vorm van een poliep: een soort geleiachtige
sliert die aan de zeebodem vastzit en weinig meer doet dan langs-
drijvend voedsel opslurpen en zichzelf op eigen houtje voortplanten
zodat een kolonie van poliepen ontstaat. Zoals alle pubers willen
de poliepen na enige tijd vrijheid – elke kwal heeft zijn seizoen – en
laten ze de zeebodem los om een larve te worden. Die groeien op hun
beurt weer uit tot een medusa: zo’n koepel met tentakels dus, zoals
de meeste mensen kwallen kennen. Volwassen mannelijke en vrou-
welijke medusa’s laten vervolgens tegelijkertijd hun voortplantings-
cellen los in het water, waarna er buiten de kwal een bevruchting
plaatsvindt. Uit de bevruchte eicel groeit een larve, die uiteindelijk
naar de bodem zakt en zicht weer vasthecht als poliep. Et voilà: de
cirkel is rond.
We zijn er nog? Mooi. Maar nu de Turritopsis nutricula, die er niet
voor terugdeinst om zijn leven even in zijn achteruitversnelling te
bIomImIcrY
De Turritopsis nutricula is niet de enige kwal die door wetenschappers in
de gaten wordt gehouden. Zo ontdekten Amerikaanse biologen onlangs dat
oorkwallen wellicht de sleutel bezitten naar duurzamere energiecentrales,
doordat ze bij elke zwemslag ‘gratis’ een duwtje in de rug krijgen door onder
hun lijf een draaikolk in het water te slaan. Maar ook in de medische weten-
schap dragen kwallen hun steentje bij, bijvoorbeeld bij de vroege ontdekking
van kankercellen in het lichaam van (mogelijke) patiënten. Zo hebben Britse
wetenschappers een proces ontwikkeld waarbij de fluorescente proteïnen
van kwallen vroege tumoren zichtbaar maken en denken collega’s uit Boston
zeldzame kankercellen zelfs nog eerder te kunnen ‘vangen’ met minuscule
biochips geïnspireerd door kwallententakels.
zetten. Meneer is tot op heden namelijk de enige diersoort op de
planeet waarvan we weten dat ‘ie, indien nodig, zijn levenscyclus om
kan keren. Vergis je niet, het beestje kan nog steeds sterven, bijvoor-
beeld door opgegeten te worden. Maar in geval van ziekte, letsel of
voedselschaarste kan hij er ook voor kiezen om van medusa weer een
tandje terug te schakelen tot de staat van poliep weer is bereikt.
Je kunt het nog het beste vergelijken met een kip die na een stevig
potje vechten zijn snavel, vleugels en veren intrekt en vrolijk trans-
formeert tot een ei; om later weer te verschijnen als ongeschonden
kuikentje. Of een kikker die in zijn vijver even nergens eten meer
vindt en zich dus maar terugtovert tot die veilige staat van kikkerdril.
De kern van dit ingewikkelde verhaal is een nog ingewikkelder proces
dat transdifferentiatie heet. Oftewel: het verschijnsel uit de biologie
waarbij cellen zich ontwikkelen tot andersoortige celtypen. Ook een
salamander bezit dit kunstje bijvoorbeeld, wanneer je de lens uit
zijn oogbol snijdt en de voormalige iriscellen transdifferentiëren tot
nieuwe lenscellen.
eeuwig levenNou is de Turritopsis nutricula niet alleen aan een opmars bezig in
bijna alle zeeën op aarde (wat wil je als onsterfelijke?), maar werkt hij
ook hard aan zijn PR sinds een bewogen coverartikel in het magazine
van de New York Times vorig jaar. Het stuk, Can a jellyfish unlock the secret of immortality?, windt er geen doekjes om en hint volop naar
de baanbrekende mogelijkheden die het verjongingskuurtje van de
onsterfelijke kwal in petto zou kunnen hebben voor kankeronder-
zoek, of nog fantastischer: het eeuwige leven voor mensen zelf.
De belangrijkste bron in het artikel, een Japanse wetenschapper die
zijn leven aan het onderzoek naar de kwal heeft gewijd, stelt name-
lijk resoluut: “De onsterfelijke medusa is het meest miraculeuze soort
in het hele dierenrijk. Ik geloof dat zijn mysterie van onsterfelijkheid
Check ons board ‘buitenaardse kwallen’ voor onze top 30 meest onwaarschijnlijk mooie kwallen.
Wijst een kwal ons de weg naar onsterfelijkheid?
34 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 35nATUURTALenTnATUURTALenT
benjAMin buttOn KwAl Van de Bijbel tot Star Trek en van de Griekse mythologie tot Harry Potter: sinds mensen-heugenis filosoferen we al over het eeuwige leven. Één diersoort lijkt ondertussen de sleutel gevonden te hebben: Turritopsis nutricula. Lang leve de onsterfelijke kwal!
Tekst Matthijs Meeuwsen
Het eeuwige leven van de
gemakkelijk te ont cijferen is en we het kunnen toepassen op een
eeuwig leven voor mensen.”
Je staat al te springen op de bank met Who wants to live forever van
Queen uit de stereo? Ga nog even rustig zitten. Na publicatie van het
artikel ontstond er onder wetenschappers namelijk een kleine storm
van tegengeluid omdat de Turritopsis nutricula helemaal niet zo on-
sterfelijk zou zijn als de New York Times deed voorkomen. Tenminste,
het hangt er helemaal van af hoe je onsterfelijkheid definieert. Ja, de
medusa slaagt er wel degelijk in om de tijd terug te draaien tot zijn
jeugd als poliep. Maar de kwal die daar later weer uit ontstaat zou
helemaal geen voortzetting zijn van medusa 1.0, maar gewoon een
nieuw organisme. Om bij de vergelijking met ons pluimvee te blijven:
de kip wordt een ei, het ei wordt weer een kip, maar beide kippen zijn
gewoon verschillende beesten. Geen onsterfelijkheid dus, slechts een
nogal absurde manier van voortplanting. Al is dat ook een talent.
Nieuw is hij niet. De Turritopsis nutricula werd in de negen-
tiende eeuw al beschreven in de biologieboeken, maar lange
tijd bleef men in het ongewisse over zijn knettergekke tover-
truc. Tot 1988, toen een Duitse student mariene biologie per
toeval een exemplaar in zijn net ving tijdens het snorkelen bij het
Italiaanse Portofino. Eenmaal in het lab toonde het diertje – in de
Middellandse zee ook wel Turritopsis dohrnii genoemd – pas zijn
bizarre eigenschap: hij weigerde simpelweg dood te gaan. Sterker
nog, naarmate de dagen vorderden leek het kwalletje, nauwelijks
vierenhalve millimeter in doorsnede, er alleen maar jonger op te
worden. Dit was Benjamin Button in een petrischaaltje!
in zijn achteruitOm de knappe kunstjes van deze baas iets beter te kunnen begrij-
pen is het noodzakelijk om eerst wat te snappen over de complexe
levenscyclus van kwallen in het algemeen. In het eerste deel van zijn
leven heeft een kwal de vorm van een poliep: een soort geleiachtige
sliert die aan de zeebodem vastzit en weinig meer doet dan langs-
drijvend voedsel opslurpen en zichzelf op eigen houtje voortplanten
zodat een kolonie van poliepen ontstaat. Zoals alle pubers willen
de poliepen na enige tijd vrijheid – elke kwal heeft zijn seizoen – en
laten ze de zeebodem los om een larve te worden. Die groeien op hun
beurt weer uit tot een medusa: zo’n koepel met tentakels dus, zoals
de meeste mensen kwallen kennen. Volwassen mannelijke en vrou-
welijke medusa’s laten vervolgens tegelijkertijd hun voortplantings-
cellen los in het water, waarna er buiten de kwal een bevruchting
plaatsvindt. Uit de bevruchte eicel groeit een larve, die uiteindelijk
naar de bodem zakt en zicht weer vasthecht als poliep. Et voilà: de
cirkel is rond.
We zijn er nog? Mooi. Maar nu de Turritopsis nutricula, die er niet
voor terugdeinst om zijn leven even in zijn achteruitversnelling te
bIomImIcrY
De Turritopsis nutricula is niet de enige kwal die door wetenschappers in
de gaten wordt gehouden. Zo ontdekten Amerikaanse biologen onlangs dat
oorkwallen wellicht de sleutel bezitten naar duurzamere energiecentrales,
doordat ze bij elke zwemslag ‘gratis’ een duwtje in de rug krijgen door onder
hun lijf een draaikolk in het water te slaan. Maar ook in de medische weten-
schap dragen kwallen hun steentje bij, bijvoorbeeld bij de vroege ontdekking
van kankercellen in het lichaam van (mogelijke) patiënten. Zo hebben Britse
wetenschappers een proces ontwikkeld waarbij de fluorescente proteïnen
van kwallen vroege tumoren zichtbaar maken en denken collega’s uit Boston
zeldzame kankercellen zelfs nog eerder te kunnen ‘vangen’ met minuscule
biochips geïnspireerd door kwallententakels.
zetten. Meneer is tot op heden namelijk de enige diersoort op de
planeet waarvan we weten dat ‘ie, indien nodig, zijn levenscyclus om
kan keren. Vergis je niet, het beestje kan nog steeds sterven, bijvoor-
beeld door opgegeten te worden. Maar in geval van ziekte, letsel of
voedselschaarste kan hij er ook voor kiezen om van medusa weer een
tandje terug te schakelen tot de staat van poliep weer is bereikt.
Je kunt het nog het beste vergelijken met een kip die na een stevig
potje vechten zijn snavel, vleugels en veren intrekt en vrolijk trans-
formeert tot een ei; om later weer te verschijnen als ongeschonden
kuikentje. Of een kikker die in zijn vijver even nergens eten meer
vindt en zich dus maar terugtovert tot die veilige staat van kikkerdril.
De kern van dit ingewikkelde verhaal is een nog ingewikkelder proces
dat transdifferentiatie heet. Oftewel: het verschijnsel uit de biologie
waarbij cellen zich ontwikkelen tot andersoortige celtypen. Ook een
salamander bezit dit kunstje bijvoorbeeld, wanneer je de lens uit
zijn oogbol snijdt en de voormalige iriscellen transdifferentiëren tot
nieuwe lenscellen.
eeuwig levenNou is de Turritopsis nutricula niet alleen aan een opmars bezig in
bijna alle zeeën op aarde (wat wil je als onsterfelijke?), maar werkt hij
ook hard aan zijn PR sinds een bewogen coverartikel in het magazine
van de New York Times vorig jaar. Het stuk, Can a jellyfish unlock the secret of immortality?, windt er geen doekjes om en hint volop naar
de baanbrekende mogelijkheden die het verjongingskuurtje van de
onsterfelijke kwal in petto zou kunnen hebben voor kankeronder-
zoek, of nog fantastischer: het eeuwige leven voor mensen zelf.
De belangrijkste bron in het artikel, een Japanse wetenschapper die
zijn leven aan het onderzoek naar de kwal heeft gewijd, stelt name-
lijk resoluut: “De onsterfelijke medusa is het meest miraculeuze soort
in het hele dierenrijk. Ik geloof dat zijn mysterie van onsterfelijkheid
Check ons board ‘buitenaardse kwallen’ voor onze top 30 meest onwaarschijnlijk mooie kwallen.
Wijst een kwal ons de weg naar onsterfelijkheid?
36 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 37InTeRVIeW InTeRVIeW
Zestig meter boven de grond weet Karina Hollekim het zeker:
dit gaat ze niet overleven. Amper een halve minuut eerder
is ze nog met een brede glimlach uit een ronkende Cessna
gestapt op drieduizend meter boven het Zwitserse Meer
van Genève. Het is een routinesprong zoals ze er al honderden heeft
gemaakt. Een camera op haar helm. Gekleurde rook uit een fles aan
haar enkels. En haar wingsuit wapperend tussen haar ledematen als
het vel van een vliegende eekhoorn. De sfeer tussen haar kameraden
is jolig. Ik leef mijn eigen droom, denkt Karina nog. Tot ze haar para-
chute uitrukt en het scherm niet goed opent omdat de lijnen verstrikt
blijken te zijn. Tollend als een helikopterzaadje stort ze zonder enige
controle met meer dan honderd kilometer per uur richting de aarde.
Het is 20 augustus 2006 en de 30-jarige Noorse voelt nog net hoe haar
onderlijf aan splinters wordt geslagen op het alpengesteente. Dan
wordt alles zwart.
Magie van de vogels“Als kind had ik al tig botten gebroken”, lacht ze, inmiddels zeven jaar
later, vanachter een grote mok thee. “Een val tijdens het klimmen.
Skiën tegen een boom. Of een sprong vanaf de tafel in ons opblaas-
badje. Tsja, de andere kleuters konden nog niet duiken, dus ik moest
en zou het voordoen.” Grijnzend: “Ik was nogal een rusteloos meisje.”
Het is de opvoeding van vader Björn, zweert ze. Ze is nog geen drie als
hij – de trainer van de Noorse paraglideselectie – voor haar beentjes
twee gaten uit zijn rugzak knipt, en haar vanuit Oslo voortdurend
meeneemt naar de bergen. Bungelend op zijn rug ontstaat zo de
liefde voor de buitenlucht. Barbiepoppen zijn er niet in huize
Hollekim, maar Karina heeft al een kamer vol outdoorspullen als
ze nog nauwelijks droog achter de oren is.
“De bergen waren mijn thuis. Ik wilde altijd hoger. Hoger pappa!
En eenmaal op de top moest hij me echt vasthouden, omdat ik als
een magneet naar de klif werd getrokken. Op een bergrand kun je de
wereld overzien. Je voelt hoe de wind omhoog blaast uit het dal en
hebt bijna het idee dat je zo kunt worden opgetild. Ik was volkomen
gebiologeerd en kon er uren naar de vogels kijken. In mijn hoofd
vertegenwoordigden ze alles waar vrijheid over gaat. Het was magie.
Ik vroeg me constant af hoe het zou voelen om ook zelf van zo’n klif
te stappen.”
Onzin, benadrukt haar kleuterjuf als Karina vertelt over haar droom
om ooit zelf te vliegen. Vogels vliegen, mensen niet. “Maar ik was
een eigenwijs kind; ik geloofde de juf gewoon niet. Ik had mijn vader
gezien aan zijn paraglide. Mensen konden heus wel vliegen.”
Als een van ’s werelds meest getalenteerde skiërs en basejumpers leefde Karina Hollekim (37) haar eigen droom. Maar dan is er De Val en hangt haar leven ineens aan een zijden draadje. Met Salt blikt ze terug op de zwaarste, maar meest leerzame jaren van haar leven. “Zoek datgene waarvoor je iedere ochtend op wilt staan.”
Tekst Matthijs Meeuwsen Foto’s garth Milan/red bull Content Pool - vegard breie/Jubafilm - starshot
kArinA hoLLekim de vrouw die uiT de hemeL vieL
36 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 37InTeRVIeW InTeRVIeW
Zestig meter boven de grond weet Karina Hollekim het zeker:
dit gaat ze niet overleven. Amper een halve minuut eerder
is ze nog met een brede glimlach uit een ronkende Cessna
gestapt op drieduizend meter boven het Zwitserse Meer
van Genève. Het is een routinesprong zoals ze er al honderden heeft
gemaakt. Een camera op haar helm. Gekleurde rook uit een fles aan
haar enkels. En haar wingsuit wapperend tussen haar ledematen als
het vel van een vliegende eekhoorn. De sfeer tussen haar kameraden
is jolig. Ik leef mijn eigen droom, denkt Karina nog. Tot ze haar para-
chute uitrukt en het scherm niet goed opent omdat de lijnen verstrikt
blijken te zijn. Tollend als een helikopterzaadje stort ze zonder enige
controle met meer dan honderd kilometer per uur richting de aarde.
Het is 20 augustus 2006 en de 30-jarige Noorse voelt nog net hoe haar
onderlijf aan splinters wordt geslagen op het alpengesteente. Dan
wordt alles zwart.
Magie van de vogels“Als kind had ik al tig botten gebroken”, lacht ze, inmiddels zeven jaar
later, vanachter een grote mok thee. “Een val tijdens het klimmen.
Skiën tegen een boom. Of een sprong vanaf de tafel in ons opblaas-
badje. Tsja, de andere kleuters konden nog niet duiken, dus ik moest
en zou het voordoen.” Grijnzend: “Ik was nogal een rusteloos meisje.”
Het is de opvoeding van vader Björn, zweert ze. Ze is nog geen drie als
hij – de trainer van de Noorse paraglideselectie – voor haar beentjes
twee gaten uit zijn rugzak knipt, en haar vanuit Oslo voortdurend
meeneemt naar de bergen. Bungelend op zijn rug ontstaat zo de
liefde voor de buitenlucht. Barbiepoppen zijn er niet in huize
Hollekim, maar Karina heeft al een kamer vol outdoorspullen als
ze nog nauwelijks droog achter de oren is.
“De bergen waren mijn thuis. Ik wilde altijd hoger. Hoger pappa!
En eenmaal op de top moest hij me echt vasthouden, omdat ik als
een magneet naar de klif werd getrokken. Op een bergrand kun je de
wereld overzien. Je voelt hoe de wind omhoog blaast uit het dal en
hebt bijna het idee dat je zo kunt worden opgetild. Ik was volkomen
gebiologeerd en kon er uren naar de vogels kijken. In mijn hoofd
vertegenwoordigden ze alles waar vrijheid over gaat. Het was magie.
Ik vroeg me constant af hoe het zou voelen om ook zelf van zo’n klif
te stappen.”
Onzin, benadrukt haar kleuterjuf als Karina vertelt over haar droom
om ooit zelf te vliegen. Vogels vliegen, mensen niet. “Maar ik was
een eigenwijs kind; ik geloofde de juf gewoon niet. Ik had mijn vader
gezien aan zijn paraglide. Mensen konden heus wel vliegen.”
Als een van ’s werelds meest getalenteerde skiërs en basejumpers leefde Karina Hollekim (37) haar eigen droom. Maar dan is er De Val en hangt haar leven ineens aan een zijden draadje. Met Salt blikt ze terug op de zwaarste, maar meest leerzame jaren van haar leven. “Zoek datgene waarvoor je iedere ochtend op wilt staan.”
Tekst Matthijs Meeuwsen Foto’s garth Milan/red bull Content Pool - vegard breie/Jubafilm - starshot
kArinA hoLLekim de vrouw die uiT de hemeL vieL
46 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 47WAndeRLUST WAndeRLUST
nAChtje heMelen Ik kom jullie halen” hoor ik gastvrouw Mouna aan de andere kant
van de lijn zeggen. En dan is het weer stil langs de kant van weg in
het Zwitserse Sur waar we zojuist door de Postauto (de bus) zijn
afgezet. Niet veel later horen we het geluid van een sneeuwscoo-
ter de berg afkomen met op het regenscherm ‘Taxi’. Mouna gooit de
bagage achterop en wij mogen aan de zijkanten, boven de enorme
rupsbanden, op een paardendeken plaatsnemen. Na zo’n twintig
minuten rijden we op 2000 meter hoogte de witte wereld van Alp Flix
in en doemt in de totale leegte ons ‘hotel’ op.
Ik word instant gegrepen door de plek en heb het gevoel hier nooit
meer vandaan te willen gaan. Het landschap is zó perfect dat het
haast angst inboezemt. Omringd door imposante bergpieken en
een vallei die zich uitstrekt zover mijn oog reikt, ben ik op zoek naar
superlatieven die deze pure schoonheid het best weergeven. Tever-
geefs. De momenten opslurpen is het beste dat je hier kunt doen.
Mouna stelt voor nog even te genieten van de zon die zich voorbereid
op de avond. Hangend in een strandstoel, verwarmd door een paar-
dendeken en een glühwein, zien we ‘em langzaam achter de rafelige
horizon zakken. Gelukkig zorgt de opkomende (volle) maan ervoor
dat Alp Flix - dat behoort tot Zwitserlands grootste kanton, Graubün-
den – nog lang magisch verlicht blijft.
Dan is het tijd om onze tassen, die nog steeds in de sneeuw staan,
naar onze ‘kamer’, een van vijf originele Mongoolse yurts, te brengen.
We moeten bukken om binnen te komen maar worden direct omarmd
door de geur en de warmte van het houtkacheltje. Mouna wijst ons
nog op de sauna, de douches en de toiletten en vraagt vervolgens hoe
laat we aan tafel willen.
We besluiten eerst nog even naar buiten te gaan om ons te laven aan
het landschap en schuiven dan, dronken van de bergmagie, aan tafel
in de sfeervolle Gaststube, een voormalige stal. Er staat fondue op
het menu en iets anders kun je je hier ook niet voorstellen. Er komt
een fles wijn op tafel, het haardvuur knispert, ‘jazzy’ klanken uit de
speakers, schapenvel onder de billen; soms is geluk heel gewoon en
ik fantaseer over een leven hier boven op de berg. Op dit moment lijkt
me niets mooiers dan dat.
Tegen middernacht lopen we terug naar onze yurt, steken de kaarsen
aan, gooien nog wat houtblokjes op het vuur en duiken diep onder
de dekens. Slapen wil ik eigenlijk niet, door het glazen dakraam zie ik
hoe de maan de hemel paars kleurt. Naast me op het tafeltje ligt een
boek van ene Uwe Linke met de titel ‘Die Psychologie des Wohnens.
Vom Glück, sich ein authentisches Zuhause zu schaffen.’ Zonder het
gelezen te hebben, voel ik, liggend in mijn bedje, haarfijn wat de man
bedoelt.
Om in een yurt te slapen hoef je gelukkig al lang niet meer helemaal naar de Aziatische steppe af te reizen. Zo passen de Mongoolse tenten ook vlekkeloos in de wonderschone leegte van het Zwitserse Graubünden. Hoofdredactrice Natasha bleef een nachtje tukken. En wilde bijna niet meer weg.
Tekst & foto’s Natasha bloemhard
“We laven ons eerst aan het landschap voordat we, dronken van de bergmagie, aan de fonduetafel schuiven.”
YurT hoTeL ZwiTSerLAnd ‘‘
46 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 47WAndeRLUST WAndeRLUST
nAChtje heMelen Ik kom jullie halen” hoor ik gastvrouw Mouna aan de andere kant
van de lijn zeggen. En dan is het weer stil langs de kant van weg in
het Zwitserse Sur waar we zojuist door de Postauto (de bus) zijn
afgezet. Niet veel later horen we het geluid van een sneeuwscoo-
ter de berg afkomen met op het regenscherm ‘Taxi’. Mouna gooit de
bagage achterop en wij mogen aan de zijkanten, boven de enorme
rupsbanden, op een paardendeken plaatsnemen. Na zo’n twintig
minuten rijden we op 2000 meter hoogte de witte wereld van Alp Flix
in en doemt in de totale leegte ons ‘hotel’ op.
Ik word instant gegrepen door de plek en heb het gevoel hier nooit
meer vandaan te willen gaan. Het landschap is zó perfect dat het
haast angst inboezemt. Omringd door imposante bergpieken en
een vallei die zich uitstrekt zover mijn oog reikt, ben ik op zoek naar
superlatieven die deze pure schoonheid het best weergeven. Tever-
geefs. De momenten opslurpen is het beste dat je hier kunt doen.
Mouna stelt voor nog even te genieten van de zon die zich voorbereid
op de avond. Hangend in een strandstoel, verwarmd door een paar-
dendeken en een glühwein, zien we ‘em langzaam achter de rafelige
horizon zakken. Gelukkig zorgt de opkomende (volle) maan ervoor
dat Alp Flix - dat behoort tot Zwitserlands grootste kanton, Graubün-
den – nog lang magisch verlicht blijft.
Dan is het tijd om onze tassen, die nog steeds in de sneeuw staan,
naar onze ‘kamer’, een van vijf originele Mongoolse yurts, te brengen.
We moeten bukken om binnen te komen maar worden direct omarmd
door de geur en de warmte van het houtkacheltje. Mouna wijst ons
nog op de sauna, de douches en de toiletten en vraagt vervolgens hoe
laat we aan tafel willen.
We besluiten eerst nog even naar buiten te gaan om ons te laven aan
het landschap en schuiven dan, dronken van de bergmagie, aan tafel
in de sfeervolle Gaststube, een voormalige stal. Er staat fondue op
het menu en iets anders kun je je hier ook niet voorstellen. Er komt
een fles wijn op tafel, het haardvuur knispert, ‘jazzy’ klanken uit de
speakers, schapenvel onder de billen; soms is geluk heel gewoon en
ik fantaseer over een leven hier boven op de berg. Op dit moment lijkt
me niets mooiers dan dat.
Tegen middernacht lopen we terug naar onze yurt, steken de kaarsen
aan, gooien nog wat houtblokjes op het vuur en duiken diep onder
de dekens. Slapen wil ik eigenlijk niet, door het glazen dakraam zie ik
hoe de maan de hemel paars kleurt. Naast me op het tafeltje ligt een
boek van ene Uwe Linke met de titel ‘Die Psychologie des Wohnens.
Vom Glück, sich ein authentisches Zuhause zu schaffen.’ Zonder het
gelezen te hebben, voel ik, liggend in mijn bedje, haarfijn wat de man
bedoelt.
Om in een yurt te slapen hoef je gelukkig al lang niet meer helemaal naar de Aziatische steppe af te reizen. Zo passen de Mongoolse tenten ook vlekkeloos in de wonderschone leegte van het Zwitserse Graubünden. Hoofdredactrice Natasha bleef een nachtje tukken. En wilde bijna niet meer weg.
Tekst & foto’s Natasha bloemhard
“We laven ons eerst aan het landschap voordat we, dronken van de bergmagie, aan de fonduetafel schuiven.”
SALT dec. jRLUST
YurT hoTeL ZwiTSerLAnd ‘‘
56 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 57cOOL PeOPLecOOL PeOPLe
“Het klinkt misschien raar, maar ik zou de klok niet willen terugdraaien.”
Craig DeMartinoeven voorstellen De Amerikaan
Craig DeMartino (47) maakte in
2002 een doodsmak toen hij tij-
dens een klim in het Rocky Moun-
tain National Park ruim 30 meter
naar beneden tuimelde. Ondanks
dat de val hem uiteindelijk zijn
been kostte, hing DeMartino twee
jaar later alweer aan loodrechte
rotswanden. “Mensen vragen me
vaak of ik mijn leven van voor het
ongeluk niet mis. Het klinkt mis-
schien raar, maar ik zou de klok
niet willen terugdraaien.”
breekpunt “Ondanks dat ik als
door een wonder de val overleef-
de, lag ik volledig in puin.
Zo waren mijn rug en nek gebro-
ken, stak er een rib door mijn long
heen en waren mijn enkels en
voeten volledig verbrijzeld. Acht-
tien maanden later en tientallen
operaties verder zat ik nog steeds
aan een rolstoel gekluisterd. Ik
had helse pijnen. Mijn rechter-
been was gevoelloos. Het was
alsof ik van binnen dood ging.
Totdat ik de bekende klimmer
Malcolm Daly tegenkwam. Daly,
die zelf ooit zijn been na een kli-
mongeluk had laten amputeren,
vertelde me honderduit over zijn
klim-, fiets- en wandelavonturen.
Ik kreeg weer zin om te leven en
besloot dat mijn rechterbeen eraf
moest.”
Alive and kicking “Begin 2004,
drie maanden na de amputatie,
kreeg ik mijn eerste prothese
aangemeten. Vanaf dat moment
kon ik langzaam maar zeker weer
op eigen benen staan. Ik ging
weer lopen, kon weer fietsen en
met mijn kinderen stoeien. Alleen
klimmen lukte niet. Samen met
een specialist ontwikkelde ik een
speciale klimprothese. Na veel
geëxperimenteer kwamen we
erachter dat een klein ‘klimvoetje’
qua drukverdeling tijdens het
klimmen het beste werkt. In mijn
hoofd stelde ik een lijst van tien
beklimmingen op die ik per se
wilde doen.” DeMartino’s nieuwe
klimgereedschap bleek verbazing-
wekkend goed te werken.
Binnen no time werkte hij zijn
droomlijstje af en in 2005 ver-
scheen er ook een vinkje achter
El Capitan: een van Amerika’s
bekendste en beruchtste big wall
beklimmingen. In datzelfde jaar
won hij ook boulder- en klim-
goud op de Extremity Games:
de X-Games voor minder valide
sporters.
lessons learned “Voor het onge-
luk was ik een vader, een echt-
genoot en een klimmer. Ik nam
mijn leven als vanzelfsprekend
aan. Hoewel ik ook nu nog genoeg
slechte dagen heb, geniet ik veel
meer van vrienden, familie en
buiten in de natuur zijn.
Ik laat me niet meer leiden door
mijn angsten, maar door mijn
hart.” Behalve met professioneel
(wedstrijd)klimmen houdt de in
Colorado woonachtige DeMartino
zich ook bezig met fotografie,
is hij een veelgevraagd spreker
en motiveert hij andere mensen
die geamputeerd zijn om te gaan
sporten.
uit het leven gegrepen Scan deze
pagina en luister op Salt TV naar
Graigs levensverhaal.
Alive and kicking‘What you gonna do when things go wrong? What’s it gonna take to make a dream survive? Who’s gonna save you? Alive and Kicking.’ Beter dan de Simple Minds hadden we het zelf niet kunnen verwoorden. Salt sprak met vier mensen die zichzelf of iets anders een nieuw leven inbliezen.
Pascale Honoreeven voorstellen Pascale
Honore (50) belandde 18 jaar
geleden door een tragisch auto-
ongeluk in een rolstoel. Toch is
ze sinds een jaar volledig in de
greep van het surfvirus.
Als de golven van de Zuid-Aus-
tralische West Coast goed zijn,
‘staat’ ze op de plank, vastge-
tapet op de rug van een andere
surfer.
breekpunt “Ik ben altijd al gek
geweest van de oceaan. Deze
liefde was een van de redenen
waarom ik tijdens mijn wereld-
wijde omzwervingen ooit in
Elliston in Zuid-Australië ben
blijven plakken. Mijn droom was
om hier een leven op te bouwen
en om te leren surfen. Helaas
zette het ongeluk hier een lelijke
streep door. Een van de eerste
dingen die ik hoorde toen ik in
het ziekenhuis mijn ogen weer
opendeed, was dat ik nooit meer
zou kunnen lopen.”
Alive and kicking “Gelukkig heb-
ben mijn zoons, Tom en Morgan,
de liefde voor de zee van hun
moeder geërfd. Surfen is hun
leven en voor mij bestaat er niets
mooiers dan mijn jongens in het
water te zien spelen. Toch voelde
ik me tegelijkertijd gefrustreerd.
Ik wilde namelijk samen met
hun surfen. Toen Tyron Swan,
een big wave surfer en een
goede vriend van mijn zoons, dit
hoorde, stelde hij voor om mij
op zijn rug vast te tapen. Ik was
overdonderd door het idee, maar
realiseerde me ook dat dit waar-
schijnlijk mijn enige kans zou
zijn om te gaan surfen. Tom en
Morgan waren in eerste instantie
nogal sceptisch, maar besloten
uiteraard om me te helpen. Van
een simpele rugzak fabriceerden
we een soort harnas waardoor
Tyron me op zijn rug kon hijsen.
Vervolgens tapeten mijn zoon
ons letterlijk aan elkaar vast.
Gelukkig weeg ik maar 40 kilo
waardoor Tyron ‘nauwelijks’
merkte dat ik aan hem hing. De
eerste poging in de golven was
meteen raak. Ik surfte! Het was
een onbeschrijflijk euforische
gevoel. Voor het eerst in achttien
jaar was ik één met de golven en
had ik geen rolstoel meer nodig.”
lessons learned Sinds die eerste
golf is de in Parijs geboren
Honore overspoeld door media-
aandacht. Haar filmpje, Duct Tape Surfing, werd een paar hon-
derdduizend keer online bekeken
en ze verscheen breedlachend
op de voorkant van verschillende
Australische kranten.
“Al deze aandacht heeft me de
kans gegeven om de wereld mijn
verhaal te vertellen. Ik wil men-
sen laten zien dat ze in oplos-
singen in plaats van problemen
moeten denken.”
uit het leven gegrepen Bekijk
Duct Tape Surfing op Salt TV of
volg Pascal op facebook.com/
ducttapesurfing.
“Voor het eerst in achttien jaar was ik één met de golven en had ik geen rolstoel meer nodig.”
56 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 57cOOL PeOPLecOOL PeOPLe
“Het klinkt misschien raar, maar ik zou de klok niet willen terugdraaien.”
Craig DeMartinoeven voorstellen De Amerikaan
Craig DeMartino (47) maakte in
2002 een doodsmak toen hij tij-
dens een klim in het Rocky Moun-
tain National Park ruim 30 meter
naar beneden tuimelde. Ondanks
dat de val hem uiteindelijk zijn
been kostte, hing DeMartino twee
jaar later alweer aan loodrechte
rotswanden. “Mensen vragen me
vaak of ik mijn leven van voor het
ongeluk niet mis. Het klinkt mis-
schien raar, maar ik zou de klok
niet willen terugdraaien.”
breekpunt “Ondanks dat ik als
door een wonder de val overleef-
de, lag ik volledig in puin.
Zo waren mijn rug en nek gebro-
ken, stak er een rib door mijn long
heen en waren mijn enkels en
voeten volledig verbrijzeld. Acht-
tien maanden later en tientallen
operaties verder zat ik nog steeds
aan een rolstoel gekluisterd. Ik
had helse pijnen. Mijn rechter-
been was gevoelloos. Het was
alsof ik van binnen dood ging.
Totdat ik de bekende klimmer
Malcolm Daly tegenkwam. Daly,
die zelf ooit zijn been na een kli-
mongeluk had laten amputeren,
vertelde me honderduit over zijn
klim-, fiets- en wandelavonturen.
Ik kreeg weer zin om te leven en
besloot dat mijn rechterbeen eraf
moest.”
Alive and kicking “Begin 2004,
drie maanden na de amputatie,
kreeg ik mijn eerste prothese
aangemeten. Vanaf dat moment
kon ik langzaam maar zeker weer
op eigen benen staan. Ik ging
weer lopen, kon weer fietsen en
met mijn kinderen stoeien. Alleen
klimmen lukte niet. Samen met
een specialist ontwikkelde ik een
speciale klimprothese. Na veel
geëxperimenteer kwamen we
erachter dat een klein ‘klimvoetje’
qua drukverdeling tijdens het
klimmen het beste werkt. In mijn
hoofd stelde ik een lijst van tien
beklimmingen op die ik per se
wilde doen.” DeMartino’s nieuwe
klimgereedschap bleek verbazing-
wekkend goed te werken.
Binnen no time werkte hij zijn
droomlijstje af en in 2005 ver-
scheen er ook een vinkje achter
El Capitan: een van Amerika’s
bekendste en beruchtste big wall
beklimmingen. In datzelfde jaar
won hij ook boulder- en klim-
goud op de Extremity Games:
de X-Games voor minder valide
sporters.
lessons learned “Voor het onge-
luk was ik een vader, een echt-
genoot en een klimmer. Ik nam
mijn leven als vanzelfsprekend
aan. Hoewel ik ook nu nog genoeg
slechte dagen heb, geniet ik veel
meer van vrienden, familie en
buiten in de natuur zijn.
Ik laat me niet meer leiden door
mijn angsten, maar door mijn
hart.” Behalve met professioneel
(wedstrijd)klimmen houdt de in
Colorado woonachtige DeMartino
zich ook bezig met fotografie,
is hij een veelgevraagd spreker
en motiveert hij andere mensen
die geamputeerd zijn om te gaan
sporten.
uit het leven gegrepen Scan deze
pagina en luister op Salt TV naar
Graigs levensverhaal.
Alive and kicking‘What you gonna do when things go wrong? What’s it gonna take to make a dream survive? Who’s gonna save you? Alive and Kicking.’ Beter dan de Simple Minds hadden we het zelf niet kunnen verwoorden. Salt sprak met vier mensen die zichzelf of iets anders een nieuw leven inbliezen.
Pascale Honoreeven voorstellen Pascale
Honore (50) belandde 18 jaar
geleden door een tragisch auto-
ongeluk in een rolstoel. Toch is
ze sinds een jaar volledig in de
greep van het surfvirus.
Als de golven van de Zuid-Aus-
tralische West Coast goed zijn,
‘staat’ ze op de plank, vastge-
tapet op de rug van een andere
surfer.
breekpunt “Ik ben altijd al gek
geweest van de oceaan. Deze
liefde was een van de redenen
waarom ik tijdens mijn wereld-
wijde omzwervingen ooit in
Elliston in Zuid-Australië ben
blijven plakken. Mijn droom was
om hier een leven op te bouwen
en om te leren surfen. Helaas
zette het ongeluk hier een lelijke
streep door. Een van de eerste
dingen die ik hoorde toen ik in
het ziekenhuis mijn ogen weer
opendeed, was dat ik nooit meer
zou kunnen lopen.”
Alive and kicking “Gelukkig heb-
ben mijn zoons, Tom en Morgan,
de liefde voor de zee van hun
moeder geërfd. Surfen is hun
leven en voor mij bestaat er niets
mooiers dan mijn jongens in het
water te zien spelen. Toch voelde
ik me tegelijkertijd gefrustreerd.
Ik wilde namelijk samen met
hun surfen. Toen Tyron Swan,
een big wave surfer en een
goede vriend van mijn zoons, dit
hoorde, stelde hij voor om mij
op zijn rug vast te tapen. Ik was
overdonderd door het idee, maar
realiseerde me ook dat dit waar-
schijnlijk mijn enige kans zou
zijn om te gaan surfen. Tom en
Morgan waren in eerste instantie
nogal sceptisch, maar besloten
uiteraard om me te helpen. Van
een simpele rugzak fabriceerden
we een soort harnas waardoor
Tyron me op zijn rug kon hijsen.
Vervolgens tapeten mijn zoon
ons letterlijk aan elkaar vast.
Gelukkig weeg ik maar 40 kilo
waardoor Tyron ‘nauwelijks’
merkte dat ik aan hem hing. De
eerste poging in de golven was
meteen raak. Ik surfte! Het was
een onbeschrijflijk euforische
gevoel. Voor het eerst in achttien
jaar was ik één met de golven en
had ik geen rolstoel meer nodig.”
lessons learned Sinds die eerste
golf is de in Parijs geboren
Honore overspoeld door media-
aandacht. Haar filmpje, Duct Tape Surfing, werd een paar hon-
derdduizend keer online bekeken
en ze verscheen breedlachend
op de voorkant van verschillende
Australische kranten.
“Al deze aandacht heeft me de
kans gegeven om de wereld mijn
verhaal te vertellen. Ik wil men-
sen laten zien dat ze in oplos-
singen in plaats van problemen
moeten denken.”
uit het leven gegrepen Bekijk
Duct Tape Surfing op Salt TV of
volg Pascal op facebook.com/
ducttapesurfing.
“Voor het eerst in achttien jaar was ik één met de golven en had ik geen rolstoel meer nodig.”
SALT dec. jAn. 2013 - 2014 65ReISRePORTAGe
Één nacht kamperen op Antarctica is het hoogtepunt van een reis die toch al moeilijk te overtreffen valt. Redacteur Matthijs kreeg de kans. Over afgebeten vingertopjes, huilen in de sneeuw en languit in de pinguïnpoep.
Tekst Matthijs Meeuwsen Foto’s Matthijs Meeuwsen en Daniël Ohlsson
ANTARCTICA
over ÉÉn nAchT iJS
Hij zit er nog. Bewegingsloos op zijn ijsschots, als een onver-
stoorbare nachtbewaker. Het zeeluipaard is een indrukwek-
kend dier, zeker om twee uur ’s nachts op Antarctica, als het
maanlicht over zijn kaken danst. En zeker op nauwelijks vijf
meter van mijn tent.
Hij patrouilleerde al pal langs de kustlijn toen reisgenoot Daniel, een
dozijn medekampeerders en ik een paar uur geleden onze haringen
in het bevroren kiezelstrandje staken. Links, rechts, links, rechts,
briesend als een wilde stier. “Waarschijnlijk wordt hij aangetrokken
door de luchtbellen uit de motor van onze zodiak”, legt de Chileense
scheepsbioloog Rudolf Thomann uit. “Als pinguïns zwemmen worden
er ook bubbels tussen hun veren vandaan geperst.”
Dat, en het feit dat er pal naast mijn tent een lopend buffet van de
beestjes zelf rond waggelt uiteraard. “Hij gaat voorlopig nergens
heen”, plaagt Rudolf. “Die denkt ook: als ik die pinguïns niet te pak-
ken krijg, zit mijn ontbijt gewoon een deurtje verder.”
Plakpleisters en pillenstripsPrecies een week eerder sta ik met 214 medepassagiers op de kade
van het Argentijnse Ushuaia: de meest zuidelijke stad van Zuid-
Amerika, waar het leeuwendeel van de scheepsreizen naar Antarctica
begint. De boeg van de MS Fram blinkt nog in het zonnetje, maar de
Noorse ijsbreker zag al meer braaksel dan de toiletjuffrouw van een
allergiepoli. Het is allemaal de schuld van de Drake Passage. Maar
liefst 400 zeemijlen lang verspert dit beruchte water de weg naar het
Antarctisch schiereiland. Goed voor bijna twee dagen varen door een
ontzagwekkende leegte over de wildste zeestraat op aarde. Met plak-
pleisters, pillenstrips, drukpuntarmbandjes of kauwend op stukjes
gember wapenen de opvarenden zich tegen de zeeziekte in het ver-
schiet. Tevergeefs. De weergoden tonen zich deze dagen nog van hun
coulante kant, maar sommige passagiers verschijnen de volgende
ochtend alsnog bij het ontbijt met de kleur van de borden krabsalade.
Om de tijd wat te doden tijdens de oversteek door Het Grote Niets,
worden de uren ondermeer gevuld met lezingen over de natuur
en de geschiedenis van Antarctica. Een interessante spoedcursus
biodiversiteit bijvoorbeeld van scheepsbioloog Rudolf. “Antarctica
is een continent van superlatieven”, doceert hij. “Het is het hoogste,
droogste, leegste, winderigste en koudste werelddeel op aarde. De
extreme condities in deze woestijn van 29 miljoen kubieke kilometer
ijs zijn niet bepaald geschikt voor leven. Als we pinguïns en zeehon-
den – die vooral in het water leven – niet meetellen, is het grootste
landdier een vleugelloos muggetje van amper een centimeter. Je
vraagt je bijna af wat we als mensen in vredesnaam op zo’n plek te
zoeken hebben.”
vingertopjes afbijtenHet is niet voor niets dat de ontdekkingsreizen naar ‘het zevende
continent’ pas op gang kwamen toen een groot deel van de planeet al
lang en breed in kaart was gebracht. Pas in 1821 zet de Amerikaanse
zeehondenjager John Davis als eerste mens voet op het vasteland,
leer ik in de scheepsbibliotheek. Het duurt vervolgens nog eens bijna
een eeuw voordat legendarische poolgangers als Ernest Shackleton,
SALT dec. jAn. 2013 - 2014 65ReISRePORTAGe
Één nacht kamperen op Antarctica is het hoogtepunt van een reis die toch al moeilijk te overtreffen valt. Redacteur Matthijs kreeg de kans. Over afgebeten vingertopjes, huilen in de sneeuw en languit in de pinguïnpoep.
Tekst Matthijs Meeuwsen Foto’s Matthijs Meeuwsen en Daniël Ohlsson
ANTARCTICA
over ÉÉn nAchT iJS
Hij zit er nog. Bewegingsloos op zijn ijsschots, als een onver-
stoorbare nachtbewaker. Het zeeluipaard is een indrukwek-
kend dier, zeker om twee uur ’s nachts op Antarctica, als het
maanlicht over zijn kaken danst. En zeker op nauwelijks vijf
meter van mijn tent.
Hij patrouilleerde al pal langs de kustlijn toen reisgenoot Daniel, een
dozijn medekampeerders en ik een paar uur geleden onze haringen
in het bevroren kiezelstrandje staken. Links, rechts, links, rechts,
briesend als een wilde stier. “Waarschijnlijk wordt hij aangetrokken
door de luchtbellen uit de motor van onze zodiak”, legt de Chileense
scheepsbioloog Rudolf Thomann uit. “Als pinguïns zwemmen worden
er ook bubbels tussen hun veren vandaan geperst.”
Dat, en het feit dat er pal naast mijn tent een lopend buffet van de
beestjes zelf rond waggelt uiteraard. “Hij gaat voorlopig nergens
heen”, plaagt Rudolf. “Die denkt ook: als ik die pinguïns niet te pak-
ken krijg, zit mijn ontbijt gewoon een deurtje verder.”
Plakpleisters en pillenstripsPrecies een week eerder sta ik met 214 medepassagiers op de kade
van het Argentijnse Ushuaia: de meest zuidelijke stad van Zuid-
Amerika, waar het leeuwendeel van de scheepsreizen naar Antarctica
begint. De boeg van de MS Fram blinkt nog in het zonnetje, maar de
Noorse ijsbreker zag al meer braaksel dan de toiletjuffrouw van een
allergiepoli. Het is allemaal de schuld van de Drake Passage. Maar
liefst 400 zeemijlen lang verspert dit beruchte water de weg naar het
Antarctisch schiereiland. Goed voor bijna twee dagen varen door een
ontzagwekkende leegte over de wildste zeestraat op aarde. Met plak-
pleisters, pillenstrips, drukpuntarmbandjes of kauwend op stukjes
gember wapenen de opvarenden zich tegen de zeeziekte in het ver-
schiet. Tevergeefs. De weergoden tonen zich deze dagen nog van hun
coulante kant, maar sommige passagiers verschijnen de volgende
ochtend alsnog bij het ontbijt met de kleur van de borden krabsalade.
Om de tijd wat te doden tijdens de oversteek door Het Grote Niets,
worden de uren ondermeer gevuld met lezingen over de natuur
en de geschiedenis van Antarctica. Een interessante spoedcursus
biodiversiteit bijvoorbeeld van scheepsbioloog Rudolf. “Antarctica
is een continent van superlatieven”, doceert hij. “Het is het hoogste,
droogste, leegste, winderigste en koudste werelddeel op aarde. De
extreme condities in deze woestijn van 29 miljoen kubieke kilometer
ijs zijn niet bepaald geschikt voor leven. Als we pinguïns en zeehon-
den – die vooral in het water leven – niet meetellen, is het grootste
landdier een vleugelloos muggetje van amper een centimeter. Je
vraagt je bijna af wat we als mensen in vredesnaam op zo’n plek te
zoeken hebben.”
vingertopjes afbijtenHet is niet voor niets dat de ontdekkingsreizen naar ‘het zevende
continent’ pas op gang kwamen toen een groot deel van de planeet al
lang en breed in kaart was gebracht. Pas in 1821 zet de Amerikaanse
zeehondenjager John Davis als eerste mens voet op het vasteland,
leer ik in de scheepsbibliotheek. Het duurt vervolgens nog eens bijna
een eeuw voordat legendarische poolgangers als Ernest Shackleton,
78 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 79THe LISTTHe LIST
Verlaten vliegvelden, stoffige spookpanden, afgedankte afvalbergen en roestende rails. Ons landschap is bezaaid met fossielen uit vroeger tijden. Game over? Nope. Door visie en creativiteit – én tal van goede voorbeel-den in het buitenland – bereiden deze plek-ken zich voor op een tweede leven.
een TWEEDE Leven
1. SPoorZoekenMetamorfose Oude spoorlijnen. in een vorig leven Falende Fyra’s,
propvolle coupés en een golf van vertragingen: we zeuren wat af op
onze nationale spoorwegen. Dat dit echter niets nieuws is, bewijst
het Limburgse ‘Miljoenenlijntje’ tussen Schaesberg en Simpelveld.
Het traject zorgde al in de jaren ’20 voor gemor omdat het per kilome-
ter – 12,5 in totaal – een miljoen gulden kostte.
Nieuwe jas Inmiddels boemelt hier alleen een museumtreintje, maar
vanaf Wijlre is langs het spoor wel een wandelroute ontstaan.
Het is een van de tochten langs overwoekerde spoorbruggen en oude
stationnetjes, die staan beschreven in ‘Fietsen en wandelen langs
oude spoorwegen in Nederland (2009, 108 pag., ISBN 9789038918983).
lichtend voorbeeld Ook in de rest van Europa weten ze wel raad met
oude rails. Neem het Italiaanse Albisola (foto), waar een afgedankt
spoorwegtraject, inclusief toffe tunnels, is omgetoverd tot een
sfeervolle wandelpromenade langs de kust. Liever wat actiever? De
Noorse Rallarvegen is één van Europa’s mooiste fietsroutes, maar
werd ooit uitgesleten door de zwoegende spoorwegarbeiders die
eind 19e eeuw de parallelle Bergenbaan aanlegden. Vanaf Haugastøl
voert de route in 80 kilometer langs indrukwekkende vergezichten,
steile hellingen en klaterende watervallen tot eindpunt Flåm
(of door naar Voss in 108 km). Als herboren rallarvegen.com.
De borst nat maken fi.is, adventures.is, marathon.is/laugavegur.
8 plekken in de herkansing
78 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 79THe LISTTHe LIST
Verlaten vliegvelden, stoffige spookpanden, afgedankte afvalbergen en roestende rails. Ons landschap is bezaaid met fossielen uit vroeger tijden. Game over? Nope. Door visie en creativiteit – én tal van goede voorbeel-den in het buitenland – bereiden deze plek-ken zich voor op een tweede leven.
een TWEEDE Leven
1. SPoorZoekenMetamorfose Oude spoorlijnen. in een vorig leven Falende Fyra’s,
propvolle coupés en een golf van vertragingen: we zeuren wat af op
onze nationale spoorwegen. Dat dit echter niets nieuws is, bewijst
het Limburgse ‘Miljoenenlijntje’ tussen Schaesberg en Simpelveld.
Het traject zorgde al in de jaren ’20 voor gemor omdat het per kilome-
ter – 12,5 in totaal – een miljoen gulden kostte.
Nieuwe jas Inmiddels boemelt hier alleen een museumtreintje, maar
vanaf Wijlre is langs het spoor wel een wandelroute ontstaan.
Het is een van de tochten langs overwoekerde spoorbruggen en oude
stationnetjes, die staan beschreven in ‘Fietsen en wandelen langs
oude spoorwegen in Nederland (2009, 108 pag., ISBN 9789038918983).
lichtend voorbeeld Ook in de rest van Europa weten ze wel raad met
oude rails. Neem het Italiaanse Albisola (foto), waar een afgedankt
spoorwegtraject, inclusief toffe tunnels, is omgetoverd tot een
sfeervolle wandelpromenade langs de kust. Liever wat actiever? De
Noorse Rallarvegen is één van Europa’s mooiste fietsroutes, maar
werd ooit uitgesleten door de zwoegende spoorwegarbeiders die
eind 19e eeuw de parallelle Bergenbaan aanlegden. Vanaf Haugastøl
voert de route in 80 kilometer langs indrukwekkende vergezichten,
steile hellingen en klaterende watervallen tot eindpunt Flåm
(of door naar Voss in 108 km). Als herboren rallarvegen.com.
De borst nat maken fi.is, adventures.is, marathon.is/laugavegur.
8 plekken in de herkansing
96 SALT dec. jAn. 2013 - 2014 cOLUmn
hongerig naar de wereld, positief, grappig, betrokken, vriendin, onder nemend, schrijfster van 3 bestsellers én uiteraard de populaire presentatrice van 3 op Reis.
FLOORTJE DESSING
Reisprogramma’s maken is voor mij iets geworden waar ik mijn hoofd
niet al te erg meer over hoef te breken. Dit jaar is het alweer 14(!) jaar
geleden dat ik bij Veronica schuchter aan mijn eerste serie Arrivals
begon. Het betekent echter niet dat ik mijn programma’s nu fluitend
op de automatische piloot maak, maar wel dat ik er ondertussen
behoorlijk wat vlieguren op heb zitten. Hoe anders dat in het eerste
seizoen was, bewijzen mijn herinneringen aan die eerste reis, naar
het Mexicaanse schiereiland Yucatán. We hadden als team werkelijk
geen idee waar we aan begonnen. Een draaiboek kenden we niet; we
dachten dat zo’n ‘ding’ alleen maar de spontaniteit de nek om zou
draaien. En zo kwam ik er op dag één al achter dat we een boete ris-
keerden door onze apparatuur niet in en uit te voeren bij de douane,
hadden we geen slaapplek omdat er net een congres gaande was en
waren we tot overmaat van ramp precies in het orkaanseizoen op
bezoek gekomen. Al doende leert men, heet dat. Nog steeds pak ik
wel eens dikke jassen in, om er op de bestemming achter te komen
dat het er snikheet is. Maar over het algemeen weten we nu wel hoe
je een reisprogramma maakt.
Vol goede moed begon ik ruim 18 maanden geleden dan ook aan de
productie van Floortje naar het einde van de wereld, een nieuw (reis)
programma dat ik voor BNN maak over mensen die er bewust voor
hebben gekozen om in een uithoek van deze aardbol te gaan wonen.
De voorbereidingen verliepen vlekkeloos, tot ik ineens een half jaar
werd uitgeschakeld door dengue en een nieraandoening. Eenmaal
weer hersteld bleek tijdens de montage dat het maken van een pro-
gramma met lange interviews toch heel andere koek is. En dus ging ik
in de leer bij een televisie-expert, die me uitlegde dat het programma
van tevoren tot in de kleinste details moet worden uitgestippeld. Zat
ik met producer Hanneke – mijn steun en toeverlaat – ineens dagen-
lang dikke scripts vol verhaallijnen te tikken.
Maar ook op locatie kreeg ik het zwaar. Een lang interview afnemen
is een vak apart, ook dat werd me snel duidelijk. De juiste vragen
stellen, anticiperen, tot de kern komen, niet te ver wegdrijven van
het onderwerp; ik moest het eigenlijk allemaal nog leren. As we speak
heb ik zes afleveringen opgenomen en moet ik eerlijk bekennen dat
het leerproces nog in volle gang is. Er zijn zoveel dingen die ik nog
onder de knie moet krijgen, dat het zweet me af en toe uitbreekt.
Zonder zwembandje het diepe in
“Er zijn zoveel dingen die ik nog onder de knie moet
krijgen, dat het zweet me af en toe uitbreekt.”
Kan ik dit wel? Willen mensen dit wel zien? Sla ik wel de goede toon
aan? Ik kan er nachtenlang van wakker liggen. De eerste uitzend-
datum komt ondertussen steeds dichterbij, dus binnenkort gaan
we echt met de billen bloot. Godzijdank realiseer ik me dat we acht
hele mooie verhalen hebben gevonden van fascinerende mensen
op bijzondere plekken. Een Australische reclameman bijvoorbeeld,
die bijna al zijn miljoenen verloor op de beurs, maar nu als een soort
Robinson Crusoe leeft op een eigen eiland voor de kust van Cape York.
Of een Belgische dame, die haar schoonheidssalon in Antwerpen
verruilde voor het leven met haar Chileense gaucho in de wildernis
van Zuid-Amerika. Maar ook het intrigerende verhaal van de 19-jarige
Sarah, die als een van de weinige meisjes in een uithoek van Noorwe-
gen rendieren hoedt. Over de verhalen maak ik me dus geen zorgen,
maar toch voelt dit programma als een hele grote hobbel op de weg
die ik nu aan het nemen ben. Het is zo bizar om uit je comfortzone
te worden gehaald en iets nieuws te proberen, waarvan je niet weet
of je het überhaupt wel kan. Maar zoals we allemaal weten, moet je
in het leven soms zonder zwembandjes in het diepe springen om te
kijken of je blijft drijven. Ik ben er klaar voor. Kom maar op met die
sprong. Maar wel met knikkende knietjes…
PeOPLe PlaneT PASSIOn Play
LESS WORKMORE BIKE RIDES
MORE HIKINGMORE SURFINGMORE NATURE
MORE ZENMORE TRAINS
MORE SALTLESS BULLSHIT
6 x per jaar, 100 pagina’s inspiratie voor een actief en avontuurlijk leventot 1 februari 2014 nog voor ¤ 18,- (hierna ¤ 22,50 per jaar)
Aanmelden doe je op GetSalt.com