University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie...

17
University of Groningen Effecten van grootschaligheid op sociale dilemma's Liebrand, Wim B.G. Published in: Gedrag : Tijdschrift voor psychologie IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document Version Publisher's PDF, also known as Version of record Publication date: 1983 Link to publication in University of Groningen/UMCG research database Citation for published version (APA): Liebrand, W. B. G. (1983). Effecten van grootschaligheid op sociale dilemma's. Gedrag : Tijdschrift voor psychologie, 11(5), 236-250. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Take-down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum. Download date: 11-04-2021

Transcript of University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie...

Page 1: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

University of Groningen

Effecten van grootschaligheid op sociale dilemma'sLiebrand, Wim B.G.

Published in:Gedrag : Tijdschrift voor psychologie

IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite fromit. Please check the document version below.

Document VersionPublisher's PDF, also known as Version of record

Publication date:1983

Link to publication in University of Groningen/UMCG research database

Citation for published version (APA):Liebrand, W. B. G. (1983). Effecten van grootschaligheid op sociale dilemma's. Gedrag : Tijdschrift voorpsychologie, 11(5), 236-250.

CopyrightOther than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of theauthor(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons).

Take-down policyIf you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediatelyand investigate your claim.

Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons thenumber of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum.

Download date: 11-04-2021

Page 2: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

Effecten van grootschaligheid op socialedilemma's

Wim B.G. Liebrand

Vakgroep PersoonlijkheidspsychologieRijksuniversiteit GroningenGrote Markt 31-32, 9712 HV Groningen

SummaryEffects of large scale on social dilemmas

It is easy to observe lack of cooperation in social dilemmas, thatis in situations in which persons, by pursuing immediate self-inte-rest, can harm their own group's interest. It is shown first thatexperimental games (i.e., Prisoner's-, Chicken- and Trust-Dilem-ma), are capable of capturing the essence of the decisional structu-re underlying real-world social dilemmas. Next, based upon a re-view of empirical research, social dilemmas in small groups arecontrasted with social dilemmas in large groups. The main purposeof the present study is to examine the effect of factors which areassumed to influence cooperation-rates in social dilemmas invol-ving a large number of persons.

In de huidige, ingewikkeld gestructureerde maatschappij zijn ernauwelijks situaties te bedenken, waarin een door iemand geno-men beslissing geen consequenties heeft voor andere personen.Als de consequenties voor anderen negatief zijn ontstaat in hetalgemeen een probleem-situatie. De situatie wordt nog problema-tischer, als niet te herleiden valt wie beslissingen met negatievegevolgen voor anderen genomen hebben. Dit laatste is het gevalin grootschalige sociale situaties, oftewel die situaties waarbij hetaantal betrokkenen groot is, en waarbij elk van de betrokkenende vrijheid heeft om iets, hoe weinig dan ook, aan die situatie teveranderen.

In dit artikel wordt dan ook nagegaan, wat de invloed vangrootschaligheid is op een veel voorkomende probleem-situatie;een situatie waarin er van een conflict tussen eigen belang encollectief belang sprake kan zijn. Voorbeelden van dit soort situa-ties zijn onder meer belastingontduiking, hamsteren, milieuver-vuiling en overschrijding van visvangstquota. Dit type situatiesmag zich de laatste tijd in een toenemende belangstelling verheu-gen, en staat bekend onder verschillende aanduidingen: "the tra-gedy of the commons" (Hardin, 1968); "social dilemmas" (Da-

236 Gedrag - tijdschrift voor psychologie 1983, 11 (5) 236-250

Page 3: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

Shiffrin, R.M. & Schneider, W. Controlled and automatic human infor-mation processing: II. Perceptual learning, automatic attending, and ageneral theory. Psychological Review, 1977, 84, 127-190.

Slovic, P., Fischhoff, B. & Lichtenstein, S. Behavioral decision theoryperspectives on risk and safety. Invited Paper for Ninth Research Con-ference on Subjective Probability, Utility and Decision Making (Gro-ningen, 1983). Verschijnt in Acta Psychologica, 1984.

Spronk, J. Interactive multiple goal programming. Dissertatie, ErasmusUniversiteit, Rotterdam, 1981.

Stallen, P.J. & Tomas, A. Psychological aspects of risk: the assessment ofthreat and control. In: H. Kunreuther (Ed.) Risk; a seminar series.Laxenburg (0.): International Institute of Applied Systems Analysis,CP-82-S2, 1981.

Stallen, P.J. & Vlek, C.A.J. Persoonlijke beoordeling van riskante aktivi-teiten. Gedrag, Tijdschrift voor Psychologie, 1980, 8, 379-401.

Storms, M.D. &McCaul, K.D. Attribution processes and emotional exa-cerbation of dysfunctional behavior. In: Harvey, J., Ickes & Kidd(Eds.): New direction in attributional research. Vol. 1. Hillsdale (N.J.):L. Erlbaum, 1976.

Thompson, S.C. Will it hurt less if I can control it? A complex answer to asimple question. Psychological Bulletin, 1981, 90, 89-101.

Toda, M. The decision process: a perspective. International Journal ofGeneral Systems, 1976, 3, 79-88.

Ursin, H., Baade, E. & Levine, S. Psychobiology of stress: a study ofcoping men. New York: Academic Press, 1978.

Vlek, C.A.J. & Michon, J.A. Beslissen: wat is dat voor een proces?Gedrag, Tijdschrift voor Psychologie, 1980, 8, 335-361.

Wilde, G.J.S. The theory of risk homeostatis: implications for safety andhealth. Risk Analysis, 1982, 2, 209-225.

Gedrag - tijdschrift voor psychologie 235

Page 4: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

wes, 1975; 1980); "the free-rider problem" (Olson, 1965); "multi-ple prisoners' dilemma" (Schelling, 1973). Hierna zal de termsociale dilemma's worden aangehouden.

Aan de hand van een drietal voorbeelden wordt in het volgendeeerst de structuur van sociale dilemma's besproken en wordt determ sociaal dilemma gedefinieerd. Vervolgens wordt een over-zicht gegeven van experimenteel onderzoek naar factoren die hetindividuele keuzegedrag in sociale dilemma's beïnvloeden. Daar-na wordt ingegaan op de karakteristieken die eigen zijn aan groot-schalige sociale dilemma's, en tot slot worden mogelijke oplossin-gen voor sociale dilemma's besproken.

Structuur en definitie van sociale dilemma'sDe volgende voorbeelden dienen ter illustratie van de karakte-

ristieken van sociale dilemma's.Voorbeeld 1: Prisoner's sociaal dilemma; Figuur 1. Een van de

bijprodukten van de huidige technologie is giftig afval. De direc-ties van de bedrijven die geconfronteerd worden met giftig afvalals bijprodukt, staan in principe voor de volgende keuze. Of hetgiftig afval wordt op een adequate wijze vernietigd, of het afvalwordt, al of niet via tussenpersonen, gedumpt op een of anderestortplaats.

De aantrekkelijkheid van het zonder meer laten dumpen isduidelijk. De kosten van deze actie zijn altijd lager dan de kostenbehorend bij het adequaat vernietigen van het afval. Daarbijkomt nog dat er altijd wel een constructie te bedenken is waarbijhet bedrijf niet zelf aansprakelijk gesteld kan worden. Samenvat-tend, de baten van het dumpen komen ten gunste van het bedrijf;de lasten van het alsnog afgraven en vernietigen van het afvalkomen ten laste van het collectief. Het collectief wordt in dit gevalgevormd door de staat. Als het gedumpte afval ontdekt wordt zietde staat zich geconfronteerd met de volgende problemen. Vaak isniet te herleiden waar het afval vandaan komt. Indien het wel teherleiden valt, is het vergrijp verjaard, bestaat het bedrijf inkwestie niet meer, of is een eventueel proces uitermate moeilijkte winnen. Kortom, de opruimkosten komen ten laste van de staaten deze lasten worden verdeeld over alle inwoners.

Voor een directie die zuiver winstvergroting nastreeft is in ditgeval de beslissing duidelijk. Het afval wordt gedumpt, de pro-duktiekosten dalen en het eventuele door de staat opgelegde aan-deel in de lasten is zeer gering. Het tragische in deze situatie is datdeze redenering blijft opgaan, ongeacht de hoeveelheid gedumptafval. Uiteindelijk ontstaat er een situatie die door niemand, ookde bedrijven in kwestie niet, gewenst wordt. Het milieu is dan

Gedrag - tijdschrift voor psychologie 237

Page 5: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

zeer ernstig verontreinigd en de gezondheid van alle levende we-zens staat op het spel. Het dilemma wordt duidelijk. Op langetermijn blijkt dat het voor allen beter was geweest als alle afval opadequate wijze vernietigd was.

Prisonerssociaal dilemma

0 1,4

2 n43 n4 4n4

C-keuzen

In figuur 1 staat de beslissingsstructuur voor de bedrijven inkwestie weergegeven. De consequenties van een bepaalde beslis-sing worden daarbij onderscheiden in (a) de internalities (Schel-ling, 1973), dit zijn de consequenties voor degene die de beslissingneemt; en (b) de externalities (Buchanin, 1971), dit zijn de conse-quenties voor alle betrokkenen. Op de verticale as in figuur 1staat aangegeven wat het uiteindelijk resultaat voor het bedrijf zalzijn wanneer het afval wordt gedumpt (lijn D), en wanneer hetafval op adequate wijze wordt vernietigd (lijn C). Dit uiteindelijkresultaat, ook wel opbrengst genoemd, bestaat uit de som van deinternalities en het aandeel van het bedrijf in de negatieve exter-nalities. Op de horizontale as staat het aantal keren aangegeven,waarin de beslissing om tot adequate vernietiging over te gaan,genomen is (aantal C-keuzen). De beslissingsstructuur is zodanigdat het dumpen van afval altijd het meest aantrekkelijk is (lijn Dligt boven lijn C). Echter, des te vaker tot dumpen wordt overge-gaan, des te groter wordt het totaal aan negatieve gevolgen, ofte-wel des te groter wordt ieders aandeel in de externalities. Op delange termijn is het dumpen van afval minder aantrekkelijk danhet adequaat verwerken van het afval, mits iedereen dat doet(linker eindpunt van lijn D ligt lager dan rechter eindpunt vanlijn C).

238 Gedrag - tijdschrift voor psychologie

Page 6: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

Het hierboven gepresenteerde sociale dilemma komt formeelovereen met het in de experimentele psychologie bekende "Priso-ner's Dilemma" (Luce & Raiffa, 1957). In dit type sociaal dilem-ma wordt, ongeacht wat de anderen kiezen, de hoogste opbrengstverkregen door handelwijze D te kiezen (dumpen). HandelwijzeD wordt dan ook de dominante strategie genoemd. Naast hetPrisoner's-sociaal-dilemma zijn er nog twee typen sociale dilem-ma's te onderscheiden (Liebrand, 1982; 1983a): het Chicken-soci-aal-dilemma en het Trust-sociaal-dilemma. De namen van dezedilemma's zijn afkomstig van anecdotes waarmee oorspronkelijkde beslissingsstructuur van deze dilemma's geïllustreerd werd.Ook in het Chicken- en in het Trust-sociaal-dilemma kan er spra-ke zijn van een conflict tussen het eigen en collectief belang. Inalle drie typen sociale dilemma's is er namelijk sprake van eenhandelwijze met negatieve externalities. Deze handelwijze wordtin het volgende steeds handelwijze D genoemd. Het Chicken- enhet Trust-sociaal-dilemma bezitten echter geen dominante strate-gie: het relatieve voor- of nadeel van handelwijze D is hier welafhankelijk van het aantal anderen dat deze handelwijze kiest.

Voorbeeld 2; Chicken sociaal dilemma; Figuur 2. Een forensstaat voor de keus om of met de auto (alternatief D) of met defiets (alternatief C) naar het werk te gaan. De opbrengst gekop-peld aan deze alternatieven is sterk afhankelijk van wat de ande-ren doen. Des te meer auto's, des te groter de kans op files en deste sterker de concentratie uitlaatgassen. Deze negatieve externali-

tAc

0.0 Chickensociaal dilemma

0 1n42 n4

3 n4

4 n4

C–keuzen

Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239

Page 7: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna-tieven dalen naarmate het aantal auto's groter wordt. Gesteld datde forens ook tijdsoverwegingen laat meespelen bij het nemenvan zijn beslissing, dan volgt dat – als er niet al te veel forensenmet de auto gaan – de auto wordt geprefereerd boven de fiets. Eris echter een omslagpunt. Als velen met de auto gaan wordt defiets geprefereerd.

Voorbeeld 3; Trust sociaal dilemma; Figuur 3. In een situatiewaarin er juist voldoende is van een bepaald goed (melk; kerstbo-ter; benzine), zou men kunnen besluiten om te gaan hamsteren(alternatief D). De hoogste opbrengst voor allen wordt verkregenals niemand hamstert (alternatief C). De eerste personen die tothamsteren overgaan ondervinden hinder van die activiteit. Degoederen moeten worden opgeslagen en eventueel tegen bederfbehoed, terwijl er (nog) geen sprake is van schaarste. Hoe meermensen gaan hamsteren des te "verstandiger" wordt het om meete doen. De laagst mogelijke opbrengst is gekoppeld aan de situa-tie waarin (door het gedrag van anderen) het bepaalde goed nietmeer in voldoende mate kan worden verkregen.

c

o.0 Trustsociaal dilemma

0 n4 –n4

3n44n4

C–keuzen

Uit het voorafgaande blijkt dat er sprake is van een sociaaldilemma als:(1) een handelwijze (D) negatieve externalities heeft voor alle

betrokkenen; en als

240 Gedrag - tijdschrift voor psychologie

Page 8: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

(2) bij tenminste een van de uitkomsten, het kiezen van handel-wijze D een positieve opbrengst oplevert; en als

(3) de opbrengst behorend bij handelwijze D, gegeven dat ieder-een handelwijze D kiest, lager is dan in het geval dat niemandhandelwijze D zou kiezen.

Er zijn onderzoekers (Dawes, 1980; Hardin, 1971; Platt, 1973)die alleen dan van een sociaal-dilemma spreken als de situatie eenPrisoner's-sociaal-dilemma is. In deze Prisoner's-dilemma opvat-ting blijven echter situaties waarin er wel sprake kan zijn van eenstrijdigheid tussen het eigen en het collectief belang (Chicken;Trust) buiten beschouwing. Om die reden wordt hier de gepresen-teerde ruimere definitie aangehouden.

Resultaten van experimenteel onderzoekIn het onderzoek dat tot nu toe verricht is naar de structuur en

naar eventuele oplossingen voor sociale dilemma's, wordt ge-bruikt gemaakt van experimentele spelsituaties. Er is sprake vaneen experimentele spelsituatie als: a. ieder van n spelers moetkiezen uit een aantal duidelijk omschreven keuzemogelijkheden;b. elke keuze de uiteindelijke uitkomst van het spel beïnvloedt; c.de keuzen gemaakt worden zonder kennis over de nog te makenkeuzen van anderen; d. elke speler een consistent patroon vanvoorkeuren heeft over de mogelijke uitkomsten van het spel (Lu-ce & Raiffa, 1957).

Uit de resultaten van de onderzoeken met sociale dilemma spe-len blijkt, dat in het algemeen een duidelijke meerderheid van deproefpersonen geen keuze in het collectief belang maakt. Overhet algemeen worden er meer keuzen in het collectief belanggemaakt,– naarmate de opbrengst van een keuze in het eigen belang af-

neemt, oftewel als het individueel belang afneemt (Kelley &Grzelak, 1972; Caldwell, 1976);

– naarmate de betrokkenen in het algemeen meer geneigd zijnom met het belang van anderen rekening te houden (Liebrand,1982);

– naarmate de termijn waarop de negatieve consequenties merk-baar worden korter wordt (Brechner, 1977; Rubenstein et al.,1975);

– als de betrokkenen met elkaar kunnen discussiëren over hetdilemma, onder de conditie dat het maken van de keuzen ano-niem blijft (Dawes et al., 1977; Jorgenson & Papciak, 1981;Liebrand, 1981);

– naarmate de groepsgrootte afneemt (Bixenstine et al., 1966;

Gedrag - tijdschrift voor psychologie 241

Page 9: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

Bonacich et al., 1976; Marwell & Schmidt, 1972; Liebrand,1981; Hamburger, Guyer & Fox, 1975; Fox & Guyer. 1977;Hamburger, 1977);

– als de betrokkenen weten dat achteraf is na te gaan welke keuzezij gemaakt hebben (Caldwell, 1976; Fox & Guyer, 1978; Jer-dee & Rosen, 1974);als aan anderen in hoofdzaak cooperatieve intenties wordentoegeschreven (Alcock & Mansell, 1977; Dawes et al., 1977;Marwell & Ames, 1977; Tyszka & Grzelak, 1976).

De resultaten van bovenstaande onderzoeken hebben betrek-king op experimentele kleinschalige situaties. In de experimentenwordt meestal gebruik gemaakt van groepen bestaande uit zo'n 5tot 8 personen (maximaal 20), en meestal worden de proefperso-nen geconfronteerd met een abstracte taak. Er lijkt dus alle redente zijn om aan het realiteitsgehalte te twijfelen. Er zijn echterverschillende argumenten waaruit blijkt dat gesimuleerde socialedilemma's een hoog realiteitsgehalte bezitten.– Allereerst wordt, niettegenstaande het experimentele karakter

van de taak waarvoor proefpersonen zich geplaatst zien, deexperimentele situatie als zeer levensecht ervaren (Bonacich etal., 1976; Dawes, 1980; Liebrand, 1983b).

– De gehanteerde sociaal dilemma spelen worden door deskundi-gen (economen) zeer representatief geacht voor de werkelijkesituatie (Marwell & Ames, in press).Het doel van de experimentele onderzoeken met behulp vansociaal dilemma spelen is niet om het exacte percentage hande-lingen in het collectief belang te voorspellen. Het doel is wel omdie variabelen op het spoor te komen, die het maken van keu-zen in het algemeen belang bevorderen.

– Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat naarmate een gesimu-leerd sociaal dilemma meer op een werkelijke situatie lijkt(grotere groepen, groter persoonlijk belang, minder abstractetaak), de bereidheid om te handelen in het collectief belangafneemt (cf. Colman, 1982). Oftewel er is alle reden om aan tenemen dat werkelijke sociale dilemma's een nog ernstiger ka-rakter hebben dan gesimuleerde sociale dilemma's.Geconcludeerd wordt hier dan ook dat het experimentele on-

derzoek met behulp van sociale dilemma's een vruchtbaar uit-gangspunt vormt voor de analyse van grootschalige werkelijkedilemma situaties.

242 Gedrag - tijdschrift voor psychologie

Page 10: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

Van kleinschalig naar grootschaligEen toename van het aantal betrokkenen in een sociaal dilem-

ma zal een effect hebben op de wijze waarop de situatie wordtwaargenomen en zeer waarschijnlijk ook op de bereidheid om tehandelen in het collectief belang. Hieronder wordt ingegaan opverschillende, elkaar deels overlappende, gevolgen die voort-vloeien uit de stap van kleinschalige naar grootschalige di-lemma's.

1. De-individualisatieIn een extreem kleinschalige situatie (2 personen) zijn de keu-

zen die de andere partij maakt onmiddellijk te herleiden uit deeigen opbrengsten. Maar naarmate het aantal betrokkenen groterwordt, zal de persoonlijke herkenbaarheid en de herleidbaarheidvan de gemaakte keuze afnemen (Hamburger, Guyer & Fox,1975). Deze toename in anonimiteit zal eventuele remmingen omin het eigen belang te handelen doen afnemen.

2. BeheersbaarheidEen van de meest effectieve strategieën om in een 2-persoons

Prisoner's Dilemma de partner te "dwingen" om co öperatievekeuzen te maken is de "tit-for-tat" strategie. Bij deze strategiewordt elke keus van de partner onmiddellijk geïmiteerd. In grote-re groepen wordt dit afdwingen van coöperatief keuzegedragsteeds moeilijker. In een kleine groep heeft een "tit-for-tat"-stra-tegie waarschijnlijk nog enig effect. Er wordt dan al wel veronder-steld, dat een deelverzameling van personen hun keuzegedragonderling afstemmen op zo'n strategie. In grotere groepen zal ditsoort gecoördineerd gedrag steeds moeilijker te realiseren zijn.Grootschalige dilemma situaties gaan dan ook gepaard met eenzeer beperkte invloed op andermans keuzegedrag (Hamburger,1979).

3. VerantwoordelijkheidOok het aandeel van het individu in de totale hoeveelheid nega-

tieve externalities is sterk afhankelijk van het aantal betrokkenen(Olson, 1965; Messick, 1973). Zo heeft elke keuze in het eigenbelang, bij gelijk blijvende overige omstandigheden, in een groepvan 5, een 10 maal zo groot aandeel in de negatieve externalitiestot gevolg als in een groep van 50. Het uiteindelijke resultaat ligtvoor de hand. Waarom zou ik in het collectief belang handelen?Dat zou toch maar een klein druppeltje op een gloeiende plaatzijn.

Gedrag - tijdschrift voor psychologie 243

Page 11: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

4. Lange termijnEen van de problemen bij grootschalige sociale dilemma's is dat

de effecten van de geaccumuleerde negatieve externalities vaakpas op zeer lange termijn merkbaar zijn. Het is niet zo dat groot-schalige sociale dilemma's per definitie zeer lange termijn dilem-ma's zijn ("oliecrisis", 1973). Wel zijn bij grootschalige dilemma'svaak zulke gigantische hoeveelheden van een collectief goed inhet geding (schone lucht bijvoorbeeld), dat een aantasting daar-van pas op lange termijn blijkt.

5. Verkeerd voorbeeldColman (1982) noemt de "rotte appel theorie", een van de meestplausibele verklaringen voor het geringe aantal coöperatieve keu-zen in grootschalige dilemma's. Deze rotte appel theorie is geba-seerd op de assumptie, dat het getuige zijn van een handeling inhet eigen belang, de kans vergroot dat de toeschouwer ook zogaat handelen. "Now if a fixed proportion of the population has apropensity to behave selfish, then the probability of one or moreof these "bad apples" turning up in a social dilemma increaseswith the size of the group" (Colman, 1982, pag. 181).

6. OverlegstructuurUit eerder gepresenteerde resultaten van experimenteel sociaal

dilemma onderzoek blijkt, dat onderlinge communicatie over hetdilemma een krachtig middel is om coöperatief gedrag te stimule-ren. Deze "oplossing" is echter in grootschalige dilemma's nietrealiseerbaar. Ook Caldwell (1976) wijst hier op: "As the numberof participants increases, communication between all possiblepairs of participants becomes unworkable". Hij vervolgt met:"Real-world efforts to achieve cooperation must, therefore, takethe form of emergent leaders who urge other members of societyto voluntarily adopt a given strategy". Uit het tweede deel van hetcitaat van Caldwell blijkt m.i. de wenselijkheid van het verrichtenvan sociaal-wetenschappelijk onderzoek naar andersoortige op-lossingen van sociale dilemma's. Dat tweede deel kan namelijkvrij eenvoudig vervangen worden door een roep om de sterkeman.

7. Onverwisselbaarheid van betrokkenenTot nu toe werd er van uitgegaan dat de betrokkenen in een

sociaal dilemma verwisselbaar zouden zijn. In kleinschalige socia-le dilemma's is deze assumptie vaak niet houdbaar, in grootschali-ge sociale dilemma's is de assumptie zeker niet houdbaar. Hiervolgt een tweetal aspecten waaruit blijkt, dat ook het niet verwis-

244 Gedrag - tijdschrift voor psychologie

Page 12: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

selbaar zijn van de betrokkenen er toe bijdraagt dat grootschaligedilemma's problematisch zijn.

a: Verschil in middelen. Het handelen in het collectief belang is(per definitie) vaak het minst aantrekkelijk alternatief in eensociaal dilemma. Als, zoals gebruikelijk, aantrekkelijkheidwordt uitgedrukt in geld, dan volgt dat de rijkeren onder onshet zich eerder kunnen permitteren om in het collectief belangte handelen. Een treffend voorbeeld is de in collectief opzichtwenselijke energiebesparing. In eerste instantie moet geïnves-teerd worden in energiebesparende middelen. Op de langetermijn verdient zich dat wel terug. Zoals nu blijkt zijn hetinderdaad de rijkeren onder ons, die zich door middel vanenergiebesparende maatregelen onafhankelijker maken vande negatieve externalities, i.e. hogere energieprijzen. Kortom,de mogelijkheid om in het collectief belang te handelen ver-schilt tussen de betrokkenen.

b: Verschil in inschatting. Een ander belangrijk aspect waarin debetrokkenen kunnen verschillen, is de door hen ingeschattenoodzaak om in het collectief belang te handelen. Het kostniet veel moeite om deskundigen te vinden op het gebied vande energievoorziening, die het grondig met elkaar oneens zijnover de grootte van de delfbare voorraad fossiele brandstof.Nog eenvoudiger is het om tegenstrijdige meningen te vindenover de mate waarin kernenergie aan onze behoeften kan vol-doen. Zelfs in het geval dat de deskundigen het volledig metelkaar eens zouden zijn, is te verwachten dat – afhankelijk vanhet geloof in toekomstige technische oplossingen – de situatieverschillend wordt ingeschat.

Geen van de hierbovengenoemde aspecten, de-individualisatie,beheersbaarheid, verantwoordelijkheid, lange-termijn effecten,verkeerde voorbeeld, overlegstructuur, en onverwisselbaarheid vande betrokkenen, maakt het aannemelijk dat men in grootschaligesociale dilemma's in het collectief belang zou gaan handelen. Inte-gendeel. Geconcludeerd moet worden dat in grootschalige socialedilemma's, het handelen in het eigen belang op korte termijnvaak nog aantrekkelijker is dan in kleinschalige sociale dilemma'shet geval zou zijn. In een grootschalig sociaal dilemma is hetdaarom waarschijnlijk dat, door de accumulatie van negatieveexternalities, een door niemand gewenste eindsituatie ontstaat.

De vraag rijst dan ook of de effecten van grootschaligheid insociale dilemma's in toom te houden zijn.

Gedrag - tijdschrift voor psychologie 245

Page 13: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

Zijn de effecten van sociale grootschaligheid beheersbaar?Op de vraag: "Hoe breng je mensen ertoe om in een sociaal

dilemma een keus te maken die ingaat tegen hun eigen korte-termijn belang", zijn twee antwoorden mogelijk:1 Bewerkstellig een mentaliteitsverandering door middel van een

beroep op het geweten van het individu;2 Verander de opbrengstenstructuur van het sociaal dilemma.

De haalbaarheid van het eerste antwoord wordt door verschil-lende auteurs niet hoog ingeschat (Hardin, 1968; Linstone (1973);Wilke, Liebrand & Messick (1983) ). Linstone (1973, p. 335):"A bitter lesson which every forecaster and planner learns is thatthe vast majority of his clientele has a very short planning horizonas weIl as a short memory. Most people are really only concernedwith their immediate neighborhood in space and time. Occurren-ces which appear to be far removed from the present position areheavily discounted."

Hardin wijst zelfs op mogelijke pathogene gevolgen van eenberoep op het geweten. Hij stelt dat zo'n beroep een dubbelzinni-ge boodschap is: a. als je niet in het collectief belang handelt dankeuren wij dat af; b. als je wel in het collectief belang handelt danben je een simpele ziel die zich door anderen laat exploiteren.

Als we de gang van zaken analyseren bij enkele sociale dilem-ma's die werkelijk hebben plaatsgevonden en zijn beschreven(Bruckmann, 1973; Colman, 1982; Messick et al., 1983; Liebrand,1982; Wilson, 1977), dan krijgen Hardin en Linstone steun voorhun opvatting. Het is niet zo zeer een beroep op het geweten alswel het directe vooruitzicht op economische winst of verlies dathet keuzegedrag beïnvloedt. Effectieve oplossingen voor socialedilemma's moeten dan ook gezocht worden in de verandering vande opbrengstenstructuur van het dilemma.

Platt (1973) somt een aantal oplossingen op die zijn geba-seerd op het veranderen van de opbrengstenstructuur, te weten:1 Haal de lange-termijn gevolgen dichterbij. In Indiana en Ohio

bestond de dringende behoefte aan meer autosnelwegen. Hetprobleem zou kunnen worden opgelost door nieuwe wegen tebouwen, nadat door de staat voldoende kapitaal zou zijn gere-serveerd. Het alternatief bestond uit de onmiddellijke construc-tie van de wegen met behulp van particuliere investeringen intolwegen. Men koos voor de laatste oplossing: "The short-ran-ge pay and return on investment, was a conversion of the even-tual benefits that would accrue to the state and all of the drivers– who were indeed glad in the end to pay the toll for theirimmediate pleasure" (pg. 649).

2 Verander de aard van de lange-termijn consequenties. Platt

246 Gedrag - tijdschrift voor psychologie

Page 14: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

(1973; pg. 649) geeft aan dat dit zou kunnen door nieuwe (tech-nische) vindingen en door een verbeterde wetgeving.

3 Verander de beloning van de gedragsmogelijkheden. Om toteffectieve energiebesparing te komen is een systeem voorge-steld (Liebrand, 1981), waarbij per type verbruikseenheid,overmatig verbruik wordt "bestraft" door een progressieve be-lastingheffing, en waarbij een matig verbruik wordt "beloond"door een belastingteruggave.

4 Beloon alternatieven voor het oorspronkelijk gedrag. Deze me-thode is onder meer bij het geven van therapie succesvol ge-bleken.

5 Verander de beloning van oude gewoonten met behulp vanbuitenstaanders. Onder deze categorie vallen bijvoorbeeldweddenschappen om met roken te stoppen en industriële veilig-heidswetgeving.

6 Stel overkoepelende organisaties in. Platt (1973; pg. 650) geeftals voorbeeld onder meer de Europese Economische Gemeen-schap en de International Whaling Committee.Gelet op de afloop van de hierboven geciteerde werkelijke di-

lemma's, en op de resultaten van experimenteel onderzoek indezen, lijken een of enkele van de voorstellen van Platt veelbelo-vend om uiteindelijk een sociaal dilemma op te heffen.

Resteert nog een voor de hand liggende oplossing. Deze oplos-sing is gebaseerd op de stelling dat "All else being equal, thesolvability decreases with an increasing number of (independent)decision makers involved" (Bruckmann 1973, pg. 4). Men kandaarbij denken aan het splitsen van een lange galerij op een flat inverschillende van elkaar afgescheiden deel-galerijen. Te verwach-ten valt dan, dat door de grotere mate van sociale controle in dekleinere groep, het bewoners afhankelijke onderhoud zal toene-men, en het aantal personen dat onterecht op de galerij verblijftzal afnemen. In onze terminologie verwoord luidt deze oplossing:breng een grootschalig sociaal dilemma terug tot enkele klein-schalige sociale dilemma's.

SamenvattingGedrag dat tegen het collectief belang ingaat valt gemakkelijk waar te

nemen in sociale dilemma's, welke gedefiniëerd zijn als die situaties waar-in personen door het nastreven van eigen belang op korte termijn, hetcollectief belang schade berokkenen. Allereerst wordt aangetoond datexperimentele spelen (i.e., Prisoner's-, Chicken- en Trust-Dilemma), deessentie van de onderliggende beslissingsstructuur van werkelijke socialedilemma's kunnen modelleren. Aan de hand van een overzicht van empi-risch onderzoek worden vervolgens sociale dilemma's in kleine groepengecontrasteerd met sociale dilemma's in grote groepen. Centraal in het

Gedrag - tijdschrift voor psychologie 247

Page 15: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

huidig onderzoek staat een analyse naar het effect van factoren waarvanverwacht wordt dat ze in grootschalige sociale dilemma's invloed hebbenop het handelen in het collectief belang.

VERWIJZINGEN

Alcock, J.E. & Mansell, D. Predisposition and behaviour in a collectivedilemma. Journal of Conflict Resolution, 1977, 21, 443-457.

Bixenstine, V.E., Levitt, C.A. & Wilson, K.V. Collaboration among sixpersons in a Prisoner's Dilemma game. Journal of Conflict Resolution,1966, 10, 488-496.

Bonacich, P., Shure, G.H., Kahan, J.P. & Meeker, R.J. Cooperation andgroup size in the n-person Prisoner's Dilemma. Journal of ConflictResolution, 1976, 20, 687-705.

Brechner, K.C. An experimental analysis of social traps. Journal of Expe-rimental Social Psychology, 1977, 13, 552-564.

Bruckman, G. The Prisoner's Dilemma as an obstacle against effectiveaction. Rome Special Conference on Futures Research; Working group5, 1973.

Buchanan, J.M. The bases for collective action. New York: General Lear-ning Press, 1971.

Caldwell, M.D. Communication and sex effects in a five-person Prisoner'sDilemma. Journal of Personality and Social Psychology, 1976, 33-3,273-280.

Colman, A.M. Game theory and experimental games: the study of strategieinteraction. International Series in Experimental Social Psychology;Volume 4. Oxford: Pergamon Press, 1982.

Dawes, R. Social dilemma's. Annual Review of Psychology, 1980, 31, 169-193.

Dawes, R. Formal models of dilemmas in social decision making. In:Kaplan, M.F., Schwartz, S. (Eds). Human judgment and decision pro-cesses, New York: Academic Press Inc. 1975.

Dawes, R., Mc Tavish, J. Shaklee, H. Behavior, communication and as-sumptions about other peoples behavior in a common Dilemma Situati-on. Journal of Personality and Social Psychology, 1977, 35(1), 1-11.

Fox, J. & Guyer, M. Public choice and cooperation in N-person Prisoner'sDilemma. Journal of Conflict Resolution, 1978, 22, 469-481.

Hamburger, H. Dynamics of cooperation in take-some games. In: W.H.Kempf & B.H. Repp (Eds.) Mathematical Models for Social Psycholo-gy, Bern: Hans Huber, 1977.

Hamburger, H. Games of social phenomena, San Francisco: W.T.L.Freeman, 1979.

Hamburger, H., Guyer, M. & Fox, J. Group size and cooperation. Jour-nal of Conflict Resolution, vol. 19, no. 3, 1975.

Hardin, G. The Tragedy of the commons. Science, 1968. Vol. 162. pp.1243-1248.

Hardin, R. Collective action as an agreeable n-person dilemma. Behavi-oral Science, 1971, 16, 472-481.

Jerdee, T.H. & Rosen, B. Effects of opportunity to communicate andvisibility of individual decisions on behavior in the common interest.Journal of Applied Psychology, 1974, 59, 712-716.

Jorgenson D.O. & Papciak A.S. The effects of communication, resourcefeedback and indentifiability on behavior in simulated commons. Jour-nal of Experimental Social Psychology, 1981, 17, 373-385.

248 Gedrag - tijdschrift voor psychologie

Page 16: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

Kelley, H.H. & Grzelak, J. Conflict between individual and commoninterest in an n-person relationship. Journal of Personality and SocialPsychology, 1972, Vol. 21-2, 190-197.

Liebrand, W.B.G. Social aspects of the consumers' behaviour. In: A.Strub & T.C. Steemers (Eds.). Non-technical obstacles to the use ofsolar energy; Proceedings of the International Symposium, Brussels,Belgium, May 20-22, 1980.

Liebrand, W.B.G. Experimentele Psychologie en het energievraagstuk.In: P. Ester & F.L. Leeuw (Eds.) Energie als maatschappelijk pro-bleem. Assen: Van Gorcum, 1981.

Liebrand, W.B.G. Interpersonal differences in social dilemmas; a gametheoretical approach, Dissertatie, Rijksuniversiteit Groningen, 1982.

Liebrand, W.B.G. A classification of social dilemma games. Simulationand Games, 1983a, 14, 123-138.

Liebrand, W.B.G. Individual differences in a simulated n-person conflictsituation. In: H.C.J. Bonarius, G.L.M. van Heck & N.G. Smid (Eds.)Personality Psychology in Europe; theoretical and empirical develop-ments. London: Lawrence Erlbaum, 1983b.

Liebrand, W.B.G. & De Hullu, J. Individuele verschillen in de afwegingvan eigen en andermans belang. Nederlands Tijdschrift voor de Psycho-logie, 1981, 36, 435-467.

Linstone, H.A. On discounting the future. Technological Forecasting andSocial Change, 1973, 4, 335-338.

Luce, R.D. & Raiffa, H. Games and Decisions: Introduction and critica!Survey. New York: John Wiley & Sons, 1957.

Marwell, G. & Schmidt, D.R. Cooperation in a three-person Prisoner'sDilemma. Journal of Personality and Social Psychology, 1972, 21, 376-383.

Marwell, G. & Ames, R.E. Experiments on the provision of public goodsI. Resources, interest, group size, and the free-rider problem. Ameri-can Journal of Sociology, 1979, 84, 1335-1360.

Marwell, G. & Ames, R.E. Economists free ride, does anyone else?Experiments on the provision of public goods IV. Journal of PublicEconomics. (In press).

Messick, D.M. To join or not to join: An approach to the unionizationdecision. Organizational behavior and human performance, 10, 145-146, 1973.

Messick, D.M., Wilke, H.A.M., Brewer, M.B., Kramer R.M., EnglishZemke, P., Lui, L. Individual adaptations and structural change assolutions to social dilemmas. Journal of Personality and Social Psycho-logy, 1983, 44, 294-309.

Meux, E.P. Concern for the common good in an n-person game. Journalof Personality and Social Psychology, 1973, 28, 3, 414-418.

Olson, M. The logic of collective action. Cambridge, Mass.: HarvardUniv. Press, 1965.

Platt, J. Social Traps. American Psychologist, aug. 1973, 641-651.Rubenstein, F.F., Watzke, G. Doctor, R.H., Dana, J. The effects of two

incentive schemes upon the conservation of shared resource by five-person groups. Organizational Behavior and Human Performance,1975, 13, 330-338.

Schelling, T.C. On the ecology of micromotives. The Public Interest, 1971,25, 61-98.

Schelling, T.C. Hockey helmets, concealed weapons, and daylight saving:a study of binary choices with externalities. Journal of Conflict Resolu-tion, 1973, 17, 381-428.

Gedrag - tijdschrift voor psychologie 249

Page 17: University of Groningen Effecten van grootschaligheid op ...Gedrag - tijdschrift voor psychologie 239 ties zorgen ervoor dat de opbrengstenfuncties voor beide alterna- tieven dalen

Tyszka, T. & Grzelak J.L. Criteria of choice in non-constant zero-sumgames. Journal of Conflict Resolution, 1976, 20, 357-376.

Wilke, H.A.M., Liebrand, W.B.G. & Messick D.M. Sociale Dilemma's:een overzicht. In: Nederlands Tijdschrift voor de Psychologie, in press.

Wilson, J.A. A test of the tragedy of the commons. In: G.J. Hardin & J.Baden (Eds.) Managing the Commons, San Francisco: W. Freeman &Company, 1977. -

250 Gedrag - tijdschrift voor psychologie