Busch-free@home® Quick Start Guide

DE, NL, EN

www.BUSCH-JAEGER.de

1. Voraussetzungen1. Voorwaarden1. Requirements

Example of 2-way circuitHow the system is to be made op-erational will be demonstrated briefly by means of a 2-way circuit. For the minimum requirement of a 2-way circuit see the above graphics. Note: The devices must have been installed and connected for the subsequent programming process!

Beispiel WechselschaltungAnhand einer Wechselschaltung wird kurz aufgezeigt, wie das System in Betrieb zu nehmen ist. Mindestvor-aussetzung für eine Wechselschaltung siehe obige Grafik. Hinweis: Die Geräte müssen für die nachfolgende Program-mierung installiert, angeschlossen und mit Bussspannung versorgt sein!

Voorbeeld wisselschakelingAan de hand van een wisselschakeling wordt kort beschreven hoe het systeem in gebruik moet worden genomen. Zie de bovenstaande afbeelding voor de mini-male voorwaarden voor een wisselscha-keling. Opmerking: De apparaten moeten voor de daarop volgende programmering geïnstalleerd en aangesloten zijn!

Sensor

Sensor

PS

System Access Point

Two-wire bus cable

230 V cable

Power supply

free@home-Touch

Wired communication

SmartphoneTablet

Valve drive with battery

Window contact

Sensor/actuator unitActuator

Sensor/actuator unit

Wireless communication

02 | free@home

HinweisBei den Wireless-Geräten kann die Wechselschaltung auch über den Nebenstelleneingang mit einem konventionellen Schalter realisiert werden.

OpmerkingBij de draadloze apparaten kan de wisselschakeling ook via de nevenpos-tingang met een conventionele schake-laar worden gerealiseerd.

NoteFor the wireless devices the two-way circuit can also be implemented via the extension unit input with a conven-tional switch.

free@home | 03

2. Spannung aufschalten2. Spanning inschakelen2. Intrusion voltage

1. Bestromen Sie den System Access Point. Accesspoint Modus muss aktiviert sein (linke LED leuchtet -> ansonsten linke Taste drücken).

1. Schakel de stroom naar het System Access Point in. Accesspoint-modus moet geactiveerd zijn (linker led brandt -> anders linker toets indrukken).

1. Energize the System Access Point. The access point mode must be activated (left LED lights up -> otherwise press the left button).

04 | free@home

2. Eindapparaat met WLAN van Sys-tem Access Point verbinden (SSID: SysAPXXXX). Wachtwoord invoeren -> zie opschrift op de binnenkant van het System Access Point (daar-voor deksel openen).

2. Endgerät mit WLAN des System Access Point verbinden (SSID: SysAPXXXX). Passwort eingeben -> siehe Bedruckung auf der Innensei-te des Netzteils im System Access Point (dazu Deckel öffnen).

2. Connect the terminal device with the WLAN of the System Access Point (SSID: SysAPXXXX). Enter the password -> see text on the interior side of the System Access Point (open the cover).

free@home | 05

2. Spannung aufschalten2. Spanning inschakelen2. Intrusion voltage

3. Internet-Browser öffnen. „IP 192.168.2.1“ in Adresszeile des Browsers eingeben.

3. Internetbrowser openen. “IP 192.168.2.1” in adresbalk van de browser invoeren.

3. Open the Internet browser. Enter „IP 192.168.2.1“ in the address line of the browser.

06 | free@home

4. Verbindung zum System Access Point ist hergestellt. Hinweis: Wenn der System Access Point in der Anlage des Kunden ver-bleibt, sollte dieser nachträglich in das Kundennetzwerk eingebunden werden!

4. Verbinding met System Access Point is gemaakt. Opmerking: Als het System Access Point in de installatie van de klant blijft, moet deze in het netwerk van de klant worden opgenomen!

4. The connection to the System Access Point has been established. Note: If the System Access Point remains in the system of the cus-tomer, it should be integrated into the customer‘s network!

free@home | 07

3. Wireless-Geräte einbinden3. Draadloze apparaten integreren3. Integrating wireless devices

08 | free@home

1. Schalten Sie die Netzspannung der free@home Wireless Geräte ein

à Die Geräte befinden sich jetzt für 30 min im Einlernmodus

2. Wählen Sie in der Benutzerober-fläche des System Access Point „Systemeinstellungen -> free@home Wireless -> Geräte suchen“

à Der System Access Point scannt nun nacheinander alle free@home Wireless Kanäle. Geräte, die sich im Einlernmodus befinden, werden automatisch in das System einge-bunden. 10 min nachdem das letzte Gerät gefunden wurde, wird der Scanvorgang beendet.

3. Eingebundene Geräte werden in der Benutzeroberfläche in der „Geräte-liste“ aufgelistet. Kontrollieren Sie anhand der Seriennummer, ob alle installierten Geräte gefunden wurden.

4. Wenn ein Gerät nicht gefunden wur-de, befand es sich möglicherweise nicht im Einlernmodus. Der Grund dafür könnte sein, dass

a. die Einlernzeit abgelaufen ist oder

b. das Gerät bereits mit einem anderen System gekoppelt wurde.

Setzen Sie das Gerät auf Werksein-stellungen zurück und starten Sie einen neuen Scanvorgang.

Zurücksetzen auf Werkseinstellungen1. Trennen Sie das free@home

Wireless Gerät vom Strom

2. Halten Sie die Taste unten links gedrückt

3. Schließen Sie das Gerät wieder an den Strom an

à Die LED blinkt langsam für 10 s, da-nach 5 s schnell und geht dann aus

à Die Werkseinstellungen wurden wie-der hergestellt und das Gerät kann erneut eingelernt werden

Anmerkung: Geräte, die sich bereits im Werkszustand befinden, werden nicht erneut zurückgesetzt. Die LED bleibt in Schritt 3 aus.

Hinweis: free@home wird kontinuier-lich weiterentwickelt, um Ihnen neue Funktionen zu bieten oder um Fehler zu beheben.

Besuchen Sie uns auf www.busch- jaeger.de, um sich über aktuelle Updates zu informieren, oder registrieren Sie Ihr System unter www.my.busch-jaeger.de, um stets automatisch über neue Soft-wareupdates informiert zu werden und um den free@home Fernzugriff einen Monat kostenlos zu testen.

free@home | 09

3. Wireless-Geräte einbinden3. Draadloze apparaten integreren3. Integrating wireless devices

1. Schakel de netspanning van de free@home Wireless-apparaten in

à De apparaten bevinden zich nu gedu-rende 30 min in de programmeermo-dus

2. Kies op de gebruikersinterface het System Access Point ‘Systeeminstel-lingen -> free@home Wireless -> Apparaten zoeken’

à Het System Access Point scant nu één voor één alle free@home wireless-kanalen. Apparaten die zich in de programmeermodus bevinden worden automatisch in het systeem geïntegreerd. 10 min nadat het laat-ste apparaat is gevonden wordt het scannen afgesloten.

3. Geïntegreerde apparaten worden op de gebruikersinterface in de ‘Appara-tenlijst’ opgenomen. Controleer aan de hand van het serienummer of alle geïnstalleerde apparaten zijn gevonden.

4. Als een apparaat niet is gevonden, stond het mogelijk niet in de pro-grammeermodus. De reden daarvan zou kunnen zijn dat

a. de programmeertijd is verstreken

b. het apparaat reeds aan een ander systeem gekoppeld is

Reset het apparaat op de fabrieks-instellingen en start een nieuwe scancyclus

Resetten op fabrieksinstelling1. Schakel het free@home Wireless-

apparaat stroomloos

2. Houd de toets linksonder ingedrukt

3. Schakel opnieuw de stroom van de apparaten in

à De led knippert 10s langzaam, daarna 5s snel en gaat dan uit

à De fabrieksinstellingen zijn hersteld en het apparaat kan opnieuw wor-den geprogrammeerd

Opmerking: Apparaten die zich reeds in de fabriekstoestand bevinden wor-den niet opnieuw gereset. De led blijft in stap 3 uit.

Aanwijzing: free@home wordt continu doel ontwikkeld om u nieuwe functies te bieden of om fouten te verhelpen.

Bezoek ons op www.busch-jaeger.nl voor informatie over actuele updates of registreer uw systeem onder www.my.busch-jaeger.de om altijd automa-tisch over nieuwe software-updates te worden geïnformeerd en om de free@home op afstand één maand gra-tis te testen.

10 | free@home

1. Switch on the mains power supply of the free@home wireless devices

à The devices are now in programming mode for 30 minutes

2. In the user interface of the System Access Point select „System settings -> Search for free@home wireless -> devices“

à The System Access Point now consecutively scans all free@home wireless channels. Devices that are in programming mode are integrated automatically into the system. The scanning process ends 10 minutes after the last device has been found.

3. Integrated devices are listed in the „Device list“ of the user interface. Use the serial numbers to check whether all installed devices have been found.

4. If a device has not been found, it may not have been in programming mode. The reason for this could be that

a. the programming time has expired

b. the device has already been coupled with a different system

Reset the device to the factory settings and start a new scanning process

Resetting to factory setting1. De-energize the free@home wire-

less device

2. Keep the button at the bottom left pressed

3. Re-energize the device

à The LED flashes slowly for 10 sec-onds, then fast for 5 seconds and then goes out

à The factory settings have been restored and the device can now be programmed again

Note: Devices which are already in factory settings are not reset again. The LED remains out in step 3.

Note: The development of free@home is continuous in order to offer you new functions or to rectify errors.

Pay us a visit at www.busch-jaeger.com to inform yourself about current up-dates, or register your system at www.my.busch-jaeger.de to be automatically informed about new software updates and to test the free@home remote control for one month at no charge.

free@home | 11

4. Anmeldung durchführen4. Aanmelding uitvoeren4. Registration

Bei Erstinbetriebnahme müssen die Grunddaten eingegeben werden:

- Sprache- Standort- Uhrzeit / Datum- Nutzer Name / Passwort- Name der Installation

Achtung! Benutzerzugang anlegen.

Bij de eerste ingebruikname moeten de basisgegevens worden ingevoerd:

- taal- locatie- tijd / datum- gebruikersnaam / wachtwoord- naam van installatie

Let op! Gebruikerstoegang aanleggen.

The basic data must be entered during initial commissioning:

- Language- Site- Time / Date- User name / Password- Name of installation

Attention! Create user access.

12 | free@home

Nach der Anmeldung erscheint das Hauptmenü. Die Menüpunkte müssen von links nach rechts abgearbeitet werden. Die Schritte sind aufeinander aufbauend.

Na de aanmelding verschijnt het hoofdmenu. De menupunten moeten van links naar rechts worden afge-werkt. De stappen bouwen op elkaar voort.

The main menu appears after reg-istration. The menu items must be processed from left to right. The steps follow each other consecutively.

free@home | 13

5.1. Hausstruktur erstellen5.1. Huisstructuur maken5.1. Creating the house structure

Erstellung eines digitales Abbildes der Wohnung / des Hauses mit allen Etagen und Räumen. Verwendung um die vorhandenen Geräte einer Funktion und ihren Einbauort zuzuordnen.

Maken van een digitale afbeelding van de woning / het huis met alle etages en ruimtes. Wordt gebruikt om aan de aanwezige apparaten een functie en plaats van inbouw toe te wijzen.

Creation of a digital image of the apartment / house with all floors and rooms. Assigning a function to the existing devices and their mounting position.

1. Etagen erstellen

Elemente per Drag & Drop in

Arbeitsfläche ziehen.

1. Etages maken

Elementen middels drag-and-drop

naar het werkblad slepen.

1. Create floors

Pull elements into the working area

via drag & drop.

14 | free@home

2. Räume erstellen

Elemente per Drag & Drop in

Arbeitsfläche ziehen.

2. Create rooms

Pull elements into the working area

via drag & drop.

2. Ruimtes maken

Elementen middels drag-and-drop

naar het werkblad slepen.

free@home | 15

5.2. Zuordnung5.2. Toewijzing5.2. Assignment

Zuordnung Sensor-/Aktoreinheit:1. Sensor-/Aktoreinheit aus der Leiste

„Gerät hinzufügen“ per Drag & Drop in Arbeitsfläche ziehen.

Toewijzing sensor-/aktoreenheid:

1. Schakelaktor uit de balk “Apparaat toevoegen” met drag-and-drop naar het werkblad trekken.

Allocation of sensor/actuator unit:

1. Pull the switch actuator from the „Add device“ bar into the working area via drag & drop.

An das System angeschlossene Geräte können konfiguriert werden, indem sie ihrer Funktion entsprechend in einen Raum zugeordnet werden.

Op het systeem aangesloten apparaten kunnen worden geïdentificeerd door toewijzing aan een ruimte in overeenstemming met de functie.

Devices connected to the system can be identified by assigning them in the room according to their function.

16 | free@home

2. Ein Popup-Fenster öffnet sich auto-

matisch. Hier sind nur Geräte aufge-

listet, die zur Anwendung passen.

2. A popup window opens automati-

cally. It only lists devices that are

suitable for the application.

2. Er verschijnt automatisch een ven-

ster. Hierin zijn alle apparaten opge-

nomen die bij de toepassing passen.

free@home | 17

5.2. Zuordnung5.2. Toewijzing5.2. Assignment

3. Sensor-/Aktoreinheit identifizieren -> Seriennummer vergleichen. 3-stelli-ge Kurznummer auf Identlabel und in linker Auflistung auswählen.

3. Schakelaktor identificeren -> se-rienummers vergelijken. 3-cijferige code op identificatielabel en in de linkerlijst selecteren.

3. Identify switch actuator -> Compare serial number. Select a short 3-digit number on the identity label from the listing on the left.

4. Namen vergeben ->

4. Naam toewijzen ->

4. Assign name ->

18 | free@home

7.* Gerät wird automatisch selektiert Namen vergeben ->

7.* Apparaat wordt automatisch geselecteerd Naam toewijzen ->

7.* The device is selected automatically Assign name ->

6.* Ein Popup-Fenster öffnet sich automatisch. Sensoreinheit identifi-zieren -> (Linke) Wippe des Gerätes betätigen oder 3-stellige Kurznum-mer auf Identlabel auswählen.

6.* Er verschijnt automatisch een venster. Hierin zijn alle apparaten opgenomen die bij de toepassing passen. Sensoreenheid identifi-ceren -> (linker) bedieningswip van het apparaat indrukken of het 3-cijferig nummer op het IdentLabel selecteren.

6.* A popup window opens automati-cally. It only lists devices that are suitable for the application. Identify sensor unit -> Actuate (left) rocker of the device or select short 3-digit number from the identity label.

* Note: Necessary only for wired de-vices for the example of a two-way circuit

* Hinweis: nur für verdrahtete Geräte bei dem Beispiel Wechselschaltung erforderlich.

* Opmerking: Alleen voor draadge-bonden apparaten bij het voorbeeld wisselschakeling nodig

Zuordnung Sensoreinheit:5.* Sensoreinheit per Drag & Drop aus

der Leiste „Gerät hinzufügen“ in Arbeits-fläche ziehen

Toewijzing sensoreenheid:5.* Sensor uit de balk “Apparaat toe-

voegen” met drag-and-drop naar het werkblad trekken.

Allocation of sensor unit:5.* Pull the sensor from the „Add de-

vice“ bar into the working area via drag & drop.

free@home | 19

6. Verknüpfung6. Verknoping6. Linking

1. Sensoreinheit auswählen

1. Sensor selecteren

1. Select sensor

Unter Zuordnung angelegte Sensoreinheiten, bzw. Sensor-/Aktoreinheiten können miteinander verknüpft werden.

Onder Toewijzing aangemaakte sensoren en aktoren kunnen met elkaar worden verknoopt.

Sensors and actuators created under assignment can be linked.

Um eine Verbindung zwischen der Sensoreinheit und dem angeschlossenen Verbraucher an der Sensor-Aktorenheit vorzunehmen wie folgt vorgehen:

Om een verbinding tussen de sensoreenheid en de aangesloten verbruiker op de sensor-/aktoreenheid te kunnen maken, gaat u als volgt te werk:

To link the sensor unit with the connected consumer on the sensor/actuator unit, proceed as follows:

Sensor-/Aktoreinheit Sensor-/aktoreenheid Sensor/actuator unit

Wippe Sensoreinheit Bedieningswip sensoreenheid

Rocker sensor unit

20 | free@home

2. Aktor (Lichtsymbol) auswählen

2. Aktor (licht pictogram) selecteren

2. Select actuator (light icon)

3. Blaue Verbindungslinie erscheint, welche die Verknüpfung zwischen den Geräten anzeigt -> Konfiguration auf Geräte übertragen Hinweis: Sensor- / Aktoreinheiten sind vorprogrammiert. Somit ist die Verknüpfung zwischen der Wippe und dem darunter befindlichen Aktor schon vorgegeben (siehe gestrichelte Verbindung).

3. Blauwe verbindingslijn verschijnt, die de verknoping tussen de ap-paraten aangeeft -> configuratie op apparaten laden Opmerking: Sensor-/aktoreenheden zijn voorgeprogrammeerd. Daarmee is de verknoping tussen de bedie-ningswip en de daaronder gelegen aktor al opgegeven (zie met streep-jeslijn aangegeven verbinding).

3. A blue connecting line appears to indicate the link between the de-vices -> Transmit the configuration to the devices Note: Sensor/actuator units are pre-programmed. Which means that the link between the rocker and actuator below it has already been allocated (see dotted link).

free@home | 21

22 | free@home

NotizenNotes

BJE

2C

KA

0001

73B

8528

/10.

16, d

pi 4

0928

1Busch-Jaeger Elektro GmbH

Ein Unternehmen

der ABB-Gruppe

Freisenbergstraße 2

58513 Lüdenscheid

www.BUSCH-JAEGER.de

info.bje@de.abb.com

Zentraler Vertriebsservice:

Tel.: 02351 956-1600

Fax: 02351 956-1700

Busch-Jaeger Produkte gibt es beim Elektroinstallateur

Hinweis:

Nachdruck und fotomechanische Wiedergabe sind nur mit unserer ausdrücklichen Geneh migung ge stattet.

Die Druckerzeugnisse von Busch-Jaeger informieren nach bestem Wissen, die Aussagen sind jedoch nicht rechtsverbindlich. Alle Abbildungen und Fotografien der dargestellten Produkte sind in Bezug auf Farbigkeit, Abmessungen und Ausstattung nicht verbindlich. Die meisten Busch-Jaeger Produkte sind eingetrage-ne Warenzeichen. Die Angaben in diesem Katalog sind ohne Ge währ. Ände run gen und Aktualisierun gen, die dem Fort-schritt dienen, bleiben vorbehalten. Alle Produkte in diesem Druck erzeugnis, die den CE-Richtlinien entsprechen, tragen auf der Verpackung und dem Produkt die entsprechende Kennzeichnung.